woensdag 13 januari 2016

De dag des...

Door Tjalling van den Bosch

Uw penneleur keek (al lange tijd) reikhalzend uit naar de voorlaatste dag van het afgelopen jaar; om precies te zijn naar: Woensdag 30 december 2015. Op die bewuste ochtend stapte schrijver dezes om 8.30 uur goedgemutst/ vrolijk/vol verwachting in zijn auto als één van de deelnemers (tegenstander) aan de wereldrecordpoging kloksimultaan van Alexander Georgiev (de kleine tsaar).

Georgiev nam het op tegen 45 opponenten en diende een score van tenminste 70% (in dit geval minimaal 63 punten) te halen, om te slagen in zijn poging. Het evenement werd gehouden te Almere en georganiseerd door de mannenbroeders van Stichting Aanzet.
Dat uw penneleur zo 'happy' was kwam vooral door dat laatste; ervaring heeft de damwereld meer dan eens duidelijk gemaakt dat, wat de bestuurders van deze rechtspersoon zonder winstoogmerk (IJsbrand Haven, Bart Jonker, Joop Kip en Piet Dijkstra) aanpakken, altijd een grandeur en charme in zich heeft, welke zijns gelijke niet kent, in onze edele damsport.

Voorpret . . .

Niets is zo leuk om 'naar iets uit te zien'; mijmeren over dat wat gaat komen, kortom voorpret hebben.  Tijdens de autorit naar Almere schoten de gedachten van uw penneleur van:
"Wat onze nationale dam-elite vorige maand (in Emmen, tijdens het WK) niet lukte moet ons (45 tegenstanders) dan vandaag maar lukken (Georgiev niet laten slagen). Schakers hadden dit jaren geleden ook zo gedaan (zie op de blog: Dammers zijn slimmer dan schakers - oktober 2013 -); gezamenlijke wraak op iemand die de nationale trots had geschaad!", via: "De vorige keer (zie op dit blog: Georgiev . . . - november 2012 -) had Georgiev het best zwaar, kwam op een gegeven ogenblik flink in de problemen (toen tegen 42 tegenstanders!)" naar: "Ik ga ervoor, niet 'alles eraf hakken', maar gewoon proberen te winnen"!! En ook: "Ik ben niet zo goed in dammen, maar ik ga, zoals gewoonlijk, op karakter".

Plotseling was het gemijmer afgelopen, de realiteit diende zich aan: Almere en dan heel specifiek: Congrescentrum Annapark. Een ieder werd koninklijk welkom geheten door de organisatoren; daarna kon de speelzaal worden geïnspecteerd. Het zag er allemaal weer (meer dan) keurig uit.

Afijn, alles stond klaar om de strijd te laten ontbranden; vlak voor aanvang zwaaide mede-organisator Joop Kip (das huhn, voor intimi ) plotseling met de deelnemerslijst . . .Bhawanibhiek (zo dat staat, maar vanaf nu alleen nog maar: ROEP) was er (als enige) nog niet; afijn uw penneleur naar buiten, om te zien of hij Roep kon vinden. Op een gegeven ogenblik meende ik de atletische gestalte van Kees Thijssen in de verte te ontwaren. Kippig turend meende ik ook de contouren van Paul Oudshoorn en Hein Meijer te zien en daar was nog een (kleine) manspersoon; het leek wel of Thijssen hem telkens voor zich uitschopte . . . inderdaad, het was de verloren zoon (Roep). De organisatie verwittigd van mijn ontdekking en toen kon de strijd dan echt losbarsten.

2012 . . .

Wat mij vooral was bijgebleven van de (geslaagde) recordpoging uit 2012, was dat Georgiev op een gegeven ogenblik in een partij 'door de klok ging' (tegen Poortinga), daarvan schrok, en na een rondje 'klokinspectie', op diverse borden remise voorstelde;  hetgeen door vrijwel iedere tegenstander werd geaccepteerd. Zodoende werd toen het 'aantal borden' flink gereduceerd en kon Georgiev de strijd (moeizaam. dat wel) tot een goed einde brengen. Vanwege die wetenschap was uw penneleur ditmaal gewapend met een heuse stopwatch! Resultaat? (Goed dat uw dat vraagt . . .): tussen de 8ste en 9de zet (aan mijn bord) zat een tijdsduur van 4' en 10". Tussen de 16de en 17de zet  5' en 52" en tussen de 27ste en 28ste zet zat 7' en 45".
Mijn (tussentijdse) conclusie was dat 'het' wel sneller ging dan in 2012, maar dat Georgiev het nu (halverwege) duidelijk moeilijker had. Overigens werd er met ouderwetse (Koopmans-)klokken gespeeld en niet, zoals in 2012, met digitale monsters. Of dit bewust is gedaan werd niet bekend gemaakt, maar Georgiev kon nu 'de tijd' veel beter 'aflezen'.

Persoonlijke notities . . .

Mijn partij vorderde en ik was zeer tevreden over mijn stelling op het bord; nadat we (de wereldkampioen en ik . . .) op een gegeven ogenblik de tempo's hadden uitgespeeld moest 'hij' een (zware?) beslissing nemen. Hij 'ruilde naar het centrum', waardoor ik hem in de hekstelling kon nemen, hetgeen mij tot grote tevredenheid stemde . . . Wel moest ik de nodige wendingen (mogelijke voortzettingen) goed berekenen en dus verbruikte ik nogal wat tijd; Georgiev daarentegen had soms maar 'één zet' en flitste dus telkens snel voorbij.

Intermezzo . . .

Eén van de deelneemsters was Heike Verheul; op een gegeven ogenblik keek ze mij onheilspellend aan en zei (geluidloos): "Ik loop in een zetje". Maar eens even kijken; ja hoor, Georgiev kon een '3 om 4 nemen' en dan staat er ook nog een schijf van The Heikster 'op de tocht'. "Dan kan je gelijk opgeven" fluisterde ik haar bemoedigend(?) in het oor; echter, de wereldkampioen verscheen aan haar bord, deed snel een afruil . . . Verheul onthutst achterlatend!
(Na afloop zou Georgiev zeggen, toen hij geconfronteerd werd met 'de gemiste kans',  dat hij er vanuit was gegaan dat Heike de zetjes wel in de gaten zou houden . . .). Afijn, de wereldkampioen maakt dus onder deze omstandigheden ook fouten, was de (mijn) bemoedigende conclusie. Maar goed, maar weer snel naar mijn eigen partij; vooral geconcentreerd blijven en niet in eigen hersenspinsels verzuipen!

Tussen mijn oren . . .

De spanning aan mijn bord was te snijden; ik moest (zo hield ik mijzelf voor) wel ontspanning houden, want anders gaat het zomaar mis.  Gelukkig kwam Piet Roozenburg even langs, hij knikte mij goedkeurend toe. Ook Andris Andreiko meldde zich, hij mompelde iets over zijn partij tegen Jegorow (Bakoe 1962); afijn het was heel gezellig bij mijn bord. Op een gegeven ogenblik 'zag ik het licht'; gevaarlijk prikte ik met (21-27) in de witte stelling; Georgiev was nu echt in de problemen . . . hij moest telkens langer en langer nadenken als hij 'bij mij' kwam! Roep kwam ook eens een kijkje nemen; hij was de eerste die de handdoek had moeten gooien.

Op een bepaald moment kon Georgiev 'uit de hekstelling' komen, via een 2 om 2 of 3 om 3; daar richtte ik mijn aandacht op. Daar was hij weer, zonder lang nadenken koos hij voor de 3 om 3. Ik ben netjes aangelegd (hoop niet dat mijn vriendin dit leest . . .) en ruimde telkens de 'geslagen' schijven op, door ze keurig in 'het doosje' te doen. Zo ook na de 3 om 3: "Hé, ik mis een schijf, waar ligt die(?) . . . WAAR LIGT DIE?!? De vele omstanders bij 'mijn bord', glimlachten vriendelijk . . . Ik bekeek de stelling op het bord, UHHHH??? 8 om 9???

Toen werd me veel duidelijk; ergens had zich in mijn (voor zover aanwezig) hersenen het idee post gevat, dat het een 3 om 3 was, maar de nuchtere waarheid was, dat het een (voor Georgiev): 'Twee geven, drie slaan betrof'. Het duurde even voordat de wereldkampioen weer bij 'mijn bord' kwam, velen zaten nog lekker te dammen (ZIJ WEL!!); ik heb opgegeven als een man (dat dan weer wel).

Dammers waarvan duidelijk is, dat hun partij is afgelopen, krijgen van mededammers vaak de twee-letterige vraag: "EN?" voorgeschoteld; zo ook in dit geval. Wanneer je, zoals uw penneleur, regelmatig met onvolkomenheden van doen hebt, ontstaat er op natuurlijke wijze een omvangrijk afweermechanisme!  Op de dammersvraag (EN?) verschool ik mij ditmaal achter Descartes: "Ik blunder dus ik besta".
In dit specifieke geval is het omgekeerde waarschijnlijk iets nauwkeuriger . . . Voor de analytici; ik had i.p.v. 35. (6-11), beter (1-7) kunnen spelen, want dan had ik na zijn 36. 41-37 - what else? - in ieder geval een  (te?) dure doorbraak gehad. Dat had ik tijdens mijn berekeningen ook wel 'gezien', maar ja, ik 'zag' heel iets anders (beter). Dat dat dan niet klopt, is natuurlijk botte pech!. 

Bekend . . .

Het is natuurlijk allang bekend, dat Georgiev (wederom) met vlag en wimpel slaagde voor dit examen (68 punten; ruim 75%) en dus (en ook weer: Wederom): Veni, vidi, vici . . . (voor de wereldkampioen dan, dat begrijpt u wel; voor uw penneleur was het - en ook zeer zeker: Wederom: - Veni, vidi, vaginalis . . .).

Toch was het, ook voor (en natuurlijk mede door) schrijver dezes, een fantastische dam-dag, waar nog lang over zal worden gesproken. Het buffet, na afloop, was ook uitzonderlijk goed en natuurlijk konden de 45 deelnemers hun verdriet verdrinken in een glaasje alcohol ("ik ben niet zo goed in alcohol, maar ik ga, zoals gewoonlijk, op karakter . . .").

Mannen van Stichting Aanzet, dank voor deze onvergetelijke dam-happening.



   

Geen opmerkingen:

Een reactie posten