donderdag 9 februari 2017

Jannes (2)...

Door Tjalling van den Bosch

Het eerste epistel over denksportfenomeen Jannes van der Wal gaf een kleine schets te zien van de persoon in kwestie. Ditmaal gaan we in op de periode van begin jaren zeventig van de vorige eeuw, waarin de Friese damjeugd (geboren tussen 1955 en 1960) al puberend van ééndagstoernooi naar ééndagstoernooi trok. 

Winter, begin jaren 70 . . . 

In die tijd stonden er in de wintermaanden vrijwel wekelijks, in Fryslân (op zaterdag), damtoernooien op de kalender. Deze toernooien waren eenvoudig van opzet; je zat in een groep 'van 4', hetgeen betekende dat je 3 partijen speelde (60 zetten in 1½ uur en daarna 30 minuten om de partij 'af' te maken). 
Groepswinnaar werd degene die de meeste punten had behaald; bij gelijke aankomst werd er om gedobbeld. De groepswinnaars met de meeste punten namen vervolgens opnieuw de dobbelstenen ter hand om tot de toernooiwinnaar  te komen. 

Jannes van der Wal in 1982
Meestal werden deze damtoernooien gehouden in zalen boven plaatselijke horecagelegenheden. Er werd vanaf de aanvang (10.00 uur) volop gerookt! En dan niet alleen filtersigaretten, maar ook de pijp en de bolknak (sigaar) werden ingezet, hetgeen betekende dat er reeds een uur na aanvang een soort mist in de zaal hing. Al dammend had je er niet zoveel last van, maar als je ging staan, stond je met je hoofd in de rook.Van een deugdelijke afzuiginstallatie was nog geen sprake en een raam 'open zetten' werd afgewezen, want de tocht was aanzienlijk gevaarlijker  dan een 'beetje rook'!
De ééndagstoernooien in die tijd waren er niet minder populair om; wat heet(?), sommige toernooien trokken meer dan 250 deelnemers! Een dergelijk aantal dammers kon men normaliter niet kwijt in een restaurant of café, maar dan kon men bijvoorbeeld, zoals in Sneek, terecht in een scholengemeenschap; de dammers werden dan verdeeld over de aula en diverse klaslokalen. In Drachten kon men met gemak meer dan 250 dammers kwijt in de Philipskantine. 

Tijd van veranderingen . . . 

Ook niet onbelangrijk was. dat veel jongeren zich in die tijd afzetten tegen de tot dan toe gevestigde orde, met hun strenge normen en waarden. De jeugd streed tegen veel ongeschreven wetten van de ouderen; het feminisme was in opkomst ('baas in eigen buik'), de sport begon mee te tellen (weg met het amateurisme - Ard en Keesie, Ajax, Feyenoord -), de jeugd liet politiek van zich horen (Provo, Kabouters) en de muziek sloeg andere wegen in (popmuziek, Beatles, Rolling Stones). De jeugd was op zoek naar onafhankelijkheid; loskomen van de gevestigde orde, uit het strak hiërarchisch stelsel vol burgermanregels. Niet dat beperkte, dat benauwde; leven in vrijheid, zonder ver- en geboden. Het bovenstaande is een schets van de periode, waarin Jannes en zijn leeftijdgenoten nog teenagers waren. 

Winnen . . . 

Jannes van der Wal damde om te winnen; het spel boeide hem zeer, maar het ging Jannes vooral om de twee punten (per partij)! Jannes verdiepte zich zeer in het spel en hij eiste van zichzelf, dat zijn noeste arbeid direct resultaat opleverde. Zo kon het gebeuren, dat hij tijdens een moeizame strijd, tegen een zwakker geachte tegenstander, een combinatie openzette om voordeel te krijgen, wanneer zijn opponent de slagzet niet zou 'zien'! Wonderwel had Jannes het vaak bij het rechte eind en wist hij, nadat de tegenstander de combinatie niet had uitgehaald, de partij alsnog naar zich toe te trekken. 
Wanneer Jannes na afloop werd geconfronteerd met de mogelijkheid voor zijn tegenstrever, dan werden de toeschouwers vaak geconfronteerd met: "Ik ging ervan uit, dat hij het toch niet zou zien!". 
Het kwam voor, dat je toevallig langs het bord van Jannes liep, terwijl zijn tegenstander de slagzet kon uithalen, je kreeg dan luid en duidelijk te verstaan, dat je op moest sodemieteren . . .! 

Jannes van der Wal woonde in die tijd met zijn ouders in Tjalleberd; vaak stond hij  'vroeg op zaterdagochtend' klaar bij de rotonde van Heerenveen, om in de reeds afgeladen auto van Adam Hillebrand te stappen. Hillebrand was een net zo van winnen begeisterde man als Jannes zelf. Nadat Jannes was ingestapt ging het gesprek vrijwel direct over op het edele damspel; kortgeleden geboekte resultaten werden besproken en soms werd er 'blind' gedamd (zo goed en zo kwaad als dat ging).

Zijn generatiegenoten waren verknocht aan het dammen, maar bij Jannes gingen het vuur en de passie voor het dammen aanzienlijk verder. Ooit ontving schrijver dezes een brief van Jannes, met een analyse van een partij die we ooit speelden in het Fries Jeugdkampioenschap; nou ja, een brief(?); het was een 10 'kantjes' tellend verslag! Zo schreef Jannes, dat hij zich op onze partij had voorbereid door de partij Koeperman-Sijbrands ( "Topprestaties" nr. 25) goed door te nemen. Jannes sloot de bewuste brief af met: "Je dacht misschien, dat ik een kleine opmerking hier en daar zou maken, maar ik heb de partij met alle plezier uitvoerig geanalyseerd". We waren toen een jaar of 15; de uitslag van de partij laat zich raden. 

Door zijn gedrevenheid ontwikkelde Jannes zich in die jaren zeventig van kleine opsodemieter, via gevaarlijke tegenstander, tot één van de beste jeugddammers uit die tijdspanne en niet alleen provinciaal, maar ook landelijk; zo werd Jannes in 1975 nationaal jeugdkampioen. Het was dan ook niet meer dan logisch, dat Jannes werd aangetrokken door (top-)damclub Huizum, de landskampioen van 1974.
Direct na het kampioensjaar van de Huizumers, vertrok topman Harm Wiersma bij de club; met de komst van Jannes van der Wal, alsook het aantrekken van Auke Scholma, Bauke Bies en Gerrit Kloosterman,  probeerde men het verlies van de wereldkampioen in spe (Wiersma) op te vangen. Helaas, ondanks verwoede pogingen moesten de Huizumers de hoogste  eer (winnen van de nationale clubcompetitie) telkenmale aan zich voorbij laten gaan. 

Volgende week meer . . .
   

Geen opmerkingen:

Een reactie posten