Wit: A. Schotanus
Zw.: E. Heslinga
(Onderlinge 25-03-2010)
De zwarte aanval is krachteloos. Met zijn volgende zet brengt Anton verschillende combinaties in het spel, waartegen geen verweer mogelijk lijkt.
1.49-43!! Vanwege de wending met 34-29 zijn vrijwel alle zwarte voortzettingen verhinderd, zoals de partijvoortzetting 1...09-14. Op 15-20, 07-11, en 19-24 volgt ook 34-29! De zet 1..12-18 valt af wegens 2.38-32! met dubbele dreiging en op 1..12-17 volgt 2.38-32 en altijd 3.34-29! W+.
Het beste voor zwart is 1...13-18 2.2.37-31 (Op 38-32 22-27!) ...09-13 3.34-30! 07-11(Op 15-20 kan zowel 39-34 als 31-27) 4.31-27 22x31 5.36x27 12-17 6.33x22 17x28 7.38-33 28-32! 8.27x38 23-28 9.33x22 18x27 10.30-24 19x30 11.35x24 11-17 12.39-33 17-21! 27-31 en promotie op de lange lijn lijkt remise op te leveren. Dammen is een moeilijk spel. Bah.
Overigens was Anton wel nadrukkelijk aan de beurt om tegen Erwin een keer orde op zaken te stellen.
Wit: M. Martens
Zw.: P. Bouma
(Beker 25-03-2010)
Deze klassieke stand oogt weinig flexibel voor wit, die het ook nog met een krachteloze korte vleugel moet stellen.
Na 1.27-22! zijn de witte problemen van de baan. Op 1..12-18 volgt 2.26-21 18x16 3.33-29 en 4.32-28 met remise.
Ook het offer 1..24-30 (na 27-22) 2.34x25 12-18 wint niet. Het probleem is dat zwart na 3.33-29 23x34 4.42-37 18x27 5.32x12 een schijf achterstaat en niet verder mag met 34-40 wegen 6.28-23 en 7.38-33.
Martens zag het niet, d.w.z. hij speelde wel 1.27-22 maar koos het verkeerde vervolg, waardoor Piet Bouma een rondje verder kwam in het bekertoernooi.
De huiskamervraag luidt: "Heeft Piet Bouma de beker al een keer gewonnen?"
Een andere vraag is wie hem van de beker af moet houden.