dinsdag 25 maart 2014

Tsjoender...

Door Tjalling van den Bosch

Tsjoender . . . Jan van Dijk uit Ureterp (geboren op 4-12-1990) heeft zich na een (overigens abominabele) sneldampartij geplaatst voor de finale van het Nederlands Kampioenschap Algemeen. Natuurlijk zijn wij Friezen verrukt (verrückt ?!) over dit feit; van Dijk is na Gerlof Kolk (2007) en Rein van der Pal (begin jaren 90 van de vorige eeuw) en Harm Wiersma (rond de eeuwwisseling) de vierde Fries die zich in bijna 25 jaar plaatst voor de eindstrijd om de hoogste damtitel van Nederland. Hoe anders was dit ruim 40 jaar geleden toen Friesland hofleverancier was voor het N.K. Het Fries Kampioenschap was in die tijd dan ook van zeer hoog niveau.

Er zijn nog wel dammers die oorspronkelijk uit onze provincie komen en die vaste klant zijn/waren van het N.K., zoals Auke Scholma, Jannes van der Wal, Hendrik van der Zee, ze worden dan door de Friese media steevast 'Fries om utens' genoemd, maar als we eerlijk zijn dan wonen ze (Scholma, van der Zee) al langer buiten onze provinciegrenzen dan dat ze inwoner waren. Om één af andere reden worden ze echter nog steeds door de Friezen gekoesterd.

Maar goed dat terzijde; mijn andere vriend uit Gouderak feliciteerde mij (per mail) met het succes van Jan van Dijk; hij vroeg zich af:
"Hoe komt het toch, dat die Friezen zo trots zijn op het (niet) simpele feit, dat een provinciegenoot de finale NK haalt?" En vervolgde met: 'Doordenkend realiseer ik mij dat zulke trotsheid niet alleen in Friesland voorkomt, maar in veel meer delen van het land. Eigenlijk is het zo, dat in (bijna) alle delen van Nederland, waar niet gewoon Nederlands gesproken wordt, een dergelijk fenomeen zich voordoet. Het lijkt erop, dat in die streken de binding met de regio veel groter is dan bijvoorbeeld in centraal en West-Nederland, Mij zou het niet uitmaken of een provinciegenoot zich al dan niet plaatst. Ik kan hoogstens een lichte voorkeur hebben voor iemand, die ik aardiger vindt dan een ander. In diezelfde streken doet zich nog een ander bijzonder fenomeen voor. De felheid (concurrentie) ten faveure van het "eigene" is bijzonder groot. Kijk eens naar de rivaliteit tussen aanhangers van Cambuur en Heerenveen. En dat geldt zeker ook voor de Limburgse voetbalverenigingen. Een ander voorbeeld: de felste anti rokers zijn vaak mensen, die vroeger zelf gerookt hebben. Ik snap daar geen bal van".

Nee het klopt wat mijn andere vriend schrijft; in centraal en West-Nederland gaat het er gemoedelijker aan toe (Ajax - Feijenoord, dat is altijd een gezellig theekransje !). Ik neem aan dat u, beste lezers en lezeressen, het wel snapt . . .???

Maar goed, snel terug naar Jan van Dijk; in een eerder epistel (Tovenaar . . ., geplaatst februari 2013) heb ik een vergelijk getrokken tussen hem en de schaker Mikhaïl Tal. Tal was een schaker (uit Letland) die zich stormenderhand een plaats verwierf in de internationale schaakelite. Tal schaakte avontuurlijk, vindingrijk, ja zelfs intimiderend; in ieder geval niet volgens de toen heersende opvattingen van 'correct' positiespel. De zetten leken hem op zo'n natuurlijke manier uit zijn vingers te vloeien, dat velen dachten dat hij decennialang het schaken zou domineren. Dit was echter niet zo, Tal ging zijn speelstijl aanpassen aan het toen geldende correctheidscriterium; zijn spel werd voorspelbaarder en dus konden zijn tegenstanders zich er beter op instellen. Kortom de glans verdween en Tal (alhoewel hij een schaker van wereldklasse bleef) kon nimmer meer bogen op een geslaagde missie naar de hoogste eer.

Beste Jan

De conclusie mag dan ook zijn beste Jan (van Dijk); trek je niks aan van wat anderen van je spel vinden, trek je niks aan als men je naderhand vertelt dat je het eigenlijk niet goed deed, maar blijf dammen zoals alleen jij dat kan. Ik vond je (Jan) in de laatste twee rondes van de halve finales (tegen clubgenoot Doller -?!?- en Frank Teer) wat anders (voorzichtiger ?) spelen, iets verkrampter zo leek het mij. Dus trek lering uit het verhaaltje over Tal; pas je niet aan, blijf je speelstijl trouw. De combinatie is je vriend, verlies hem niet uit het oog; dus ga op jouw onorthodoxe, druk uitoefenende, aanvallende, omsingelende manier rotzooi trappen . . . Tijdens het N.K. zal je op die manier misschien wat vaker in het zand bijten, maar ik weet zeker dat je ook een enkele grootmeester te grazen neemt. Dam-esthetici keuren soms zetten af, zoals bijvoorbeeld in de onderstaande stand;

Zwart aan zet en komt nu met een vervolg welke door dammers die 'weten hoe het heurt' normaal gesproken wordt beschimpt: (15-20) . . . Beide spelers hadden op dit moment te maken met tijdsdruk, maar zwart had schijnbaar uitgerekend dat als hij het mooie/logische/correcte (8-13) had gespeeld de partij dan na 35-30 (24x44) 39x50 remise was geworden en dat wilde hij dus niet. Na de gespeelde zet (15-20) counterde wit niet met 28-22 etc., want dan zou zwart een doorbraak hebben genomen met (23-29) etc.; wit vertrouwde er op dat 35-30 (24x44) 39x50 nog steeds goed genoeg zou zijn voor een puntendeling . . . Dit was echter niet zo (!); zwart won en kreeg direct na de partij de nodige complimenten voor het ´geniale´ (15-20) ?!? De zwartspeler was namelijk de huidige wereldkampioen Alexander Georgiev; de witte schijven waren in handen van voormalig wereldkampioene Olga Kamychleeva (ereklasse: Cema de Vaste Zet - Mo & Z Volendam, uitslag 10-10).
MAAR . . . nadat de computer 'er overheen was gegaan' bleek dat wit de dam via 28-22 gewoon had moeten nemen, de counter via (23-29) zou (bij correct spel) niet meer dan een puntendeling hebben opgeleverd !! (zie wedstrijduitslag !) Dus met een incorrecte/provocerende/rotzooi trappende zet wist de wereldkampioen de partij te winnen.
Laat het een les voor je zijn Jan (van Dijk) . . .

Wij (Friezen) kijken uit naar het Nederlands Kampioenschap Algemeen 2014; te Huissen van 4 t.e.m. 12 april. De tsjoender van Oerterp; damtechnisch misschien geen wonder, historisch gezien wel . . . ?

donderdag 20 maart 2014

Ontknoping...

Door Tjalling van den Bosch

Op 8 maart jongstleden viel dan de ontknoping van het Nederlands Kampioenschap in de nationale clubcompetitie. Zoals de meesten van u wel weten moest Hijken het op die bewuste zaterdag opnemen tegen regerend landskampioen Huissen. De K.N.D.B. wilde de wedstrijd graag in Emmeloord laten verspelen, maar Hijken hield vast aan hun recht om de wedstrijd 'thuis' te laten plaats vinden.

Op voorhand was er de keus: thuis achter de computer de wedstrijd volgen, maar dat is altijd zo klinisch; schrijver dezes wilde de ontknoping niet alleen volgen maar ook proeven, ruiken, horen, zien; dus op naar Hijken. Daar aangekomen bleek dat de wedstrijd niet in de 'Dorpshoeve' werd verspeeld, maar in het tegenover liggende kerkje. Het Dorpshuis werd verbouwd zo, leek het.  Op het kerkje prijkte een bordje met 'KC De Antenne' er op; even dacht uw penneleur "Kynologen Club ?", maar nee, de afkorting stond natuurlijk voor Kerkelijk Centrum. In het gebouwtje achter de kerk was de wedstrijd bij aankomst (rond 13.00 uur) al in volle gang; dus eerst maar eens een kijkje nemen in de speelzaal. Nadat de paring was ingedaald, gingen we eerst maar een broodnodig bakje koffie halen. Uw penneleur zag een poster hangen met de tekst: Toneelstuk 'Elk huuussie hef zien kruuusie', was dit een poging om Huissen uit het evenwicht te brengen (?) dachten we nog; de toegang was gratis, wel graag reserveren . . . (voor het toneelstuk, laat dat duidelijk zijn).

De Wedstrijd . . .

Op bord 8 zaten Keurentjes (namens Huissen) en Hoving, dit leek schrijver dezes op voorhand een cruciale paring. Hoving was één van de Hijkenaars waar Huissen waarschijnlijk zijn pijlen op wilde richten, maar Keurentjes is nu niet direct de meest makkelijk scorende speler van de ploeg uit Gelderland. Keurentjes is wel jarenlang trainer geweest van Hoving (psychologisch overwicht ?!). Dit waren dus de overpeinzingen vooraf (van uw penneleur); hoe anders verliep de partij ? Reeds op de 20ste zet produceerde Hoving een vingerzet (14-19) en gaf direct op na het witte antwoord (33-29), want de combinatie naar veld 5 was niet zo heel moeilijk, 0-2 voor Huissen.

Het begon dus crescendo voor de meervoudige landskampioen; verder was er op dat moment nog niet veel van te zeggen, maar . . . enige tijd later viel het op dat Jan Groenendijk (Huissen) wel heel veel tijd verbruikte in zijn partij tegen Dolfing (op het 4de bord). Nu is Groenendijk een intelligente jongeman (16 jaar), maar zijn mishandeling van de beschikbare tijd was dit keer niet zo slim. De manier waarop Dolfing de strop strak trok was (bijna) betoverend te noemen (offer); mede omdat het Groenendijk aan tijd ontbrak was de stand, onverwacht snel, weer in evenwicht, 2-2. Later zagen we een teleurgestelde Groenendijk met zijn trainer in conclaaf; we zijn maar even naar de parkeerplaats gelopen, want daar wil je als buitenstaander niet bij zijn. Op de parkeerplaats stond (prominent) een busje van stoffeerderij Jan Ziengs; gelet op de teksten (op de bus) gaat het om een creatief bedrijf ('Hang je armoode niet veur de raomen'). Op de achterkant stond een tekst waar de trainer van Groenendijk misschien iets mee kon, zo dacht uw penneleur; 'Wij probeer'n je te begriep'n'. Overigens werd Dolfing na zijn subtiele overwinning door een Hijken-supporter in een soort dubbele Nelson genomen waar het woord subtiel absoluut niet op van toepassing kon zijn.

De op papier sterkste spelers van beide clubs troffen elkaar (bord 2: Baljakin (Huissen) - Boomstra) en alhoewel het in eerste instantie niet op een grootmeester-remise leek uit te draaien, verdwenen de schijven op een gegeven ogenblik toch snel op de plaats waar ze vrijwel de hele week verblijven, 3-3.
De zon scheen wat vervelend (in ieder geval voor de toeschouwers) op het 7de bord (Scholma (Hijken) - v.d. Brink); op een gegeven ogenblik telde uw penneleur om één of andere reden de schijven eens; "7 om 8 (??)" nog eens goed tellen "oh nee, 7 om 7 (phhhh)". Even later komt Gerrit Boom (ook zo'n liefhebber pur sang) de analyseruimte binnen, hij vroeg zich af hoe Scholma een schijf achter was gekomen . . . Oeps, snel naar de speelzaal en ver...... mijn 'brother in arms' stond een volle schijf achter; "nou ja, hij heeft compensatie" dachten (hoopten) we en dat klopte, even later werden de punten gedeeld, 4-4.

In voorgaande seizoenen waren er bij de thuiswedstrijden van Dam Club Huizum altijd een handjevol toeschouwers, ze kwamen meestal zo tegen half 4 langs, maar tegenwoordig blijven ze weg. Nu schrijver dezes als toeschouwer in 'actie' was begrijpt hij dit maar al te goed, de wedstrijd is gewoon niet meer goed te volgen sinds de invoering van 80'+1'. Huissen moest de wedstrijd winnen, maar waar konden ze op voordeel bogen ? Vroeger zat je als aandachtig toeschouwer dan in de analyseruimte met een groepje dammers achter een bord om een bepaalde stand proberen te doorgronden en je af te vragen of er misschien ook kansen waren voor de één of ander. Thans is dit niet meer mogelijk, op vrijwel alle borden is op z'n minst sprake van tijdsdruk en de standen op de borden veranderen daardoor constant.

In de partijen (bord 1) Kroesbergen (Hijken) - Kraaijenbrink en (bord 10) Van Aalten (Huissen) - Sipma was van alles aan de hand en ondertussen kwam er ook ruis op de lijn bij Jos Stokkel (Huissen) in zijn partij op bord 6 tegen Hans Jansen. Via Toernooibase kwamen we er later achter dat van Aalten - Sipma als vijfde uit was; remise en dus 5-5.
De partij waar uw penneleur weinig van mee heeft gekregen was niet minder spannend, maar even na de klok van 4 uur werd deze (tussen Jan Ekke de Vries (Hijken) en Joost Hendriksen) op remise afgesloten, 6-6.

Stokkel had geen tijd meer om het eindspel goed uit te rekenen, het enige wat hij kon doen was zetten produceren en dan maar hopen. Dat ging mis en zodoende zette Hans Jansen de thuisclub in de zetel naar de victorie, 8-6. Kraaijenbrink kon zijn voordeel (alleen optisch ?) niet verzilveren, remise en dus 9-7. Daarna was het de kleine Litouwer Domchev, die uitgroeide tot de 'grote man' van Hijken door niemand minder dan Gérard (u weet wel Zjeraar) Jansen op zeer fraaie wijze onderuit te halen en dus 11-7 en kon de boerenkar worden besteld. Overigens was de score (11 uit 11) van Domchev in de reguliere competitie niet bepaald imponerend geweest, maar het deed zijn teamgenoten zichtbaar goed dat hij zijn beste partij in Hijkense dienst voor deze dag had gereserveerd.

Guntis Valneris (Huissen) wilde echter van geen puntendeling weten en bracht Wiebe van der Wijk nog even in het nauw; echter de Hijkenaar bleef 'cool', zoals men dat tegenwoordig placht te zeggen. Eerst offerde Van der Wijk een schijf en even later nog één en dat bleek precies de route naar een puntendeling te zijn. Door deze 1-1 werd de einduitslag van de kampioenswedstrijd Hijken - Huissen 12-8. Dit betekende dat Valneris, net als in 1999 met Rinsumageest, met het zilver genoegen moest nemen.

Daarna barstte het Hijkense feest los; er waren toespraken van de KNDB-voorzitter, een wethouder en een sponsor beloofde het sponsorgeld te verdubbelen mits men de helft van het extra bedrag aan de jeugd zou spenderen (geweldig, want daar ligt de toekomst van onze sport !). Overigens komt het vaker voor dat, wanneer je succes hebt, de sponsors gewillig zijn, maar vaak is het vinden van geldschieters in het traject voorafgaand aan de victorie aanzienlijk moeilijker, maar daarmee worstelen meer sporten en sporters.

Usio Conclusio 

Gelukkig won Hijken, niet dat er iets mis is met Huissen, maar de Drentenaren waren ook bij een gelijkspel kampioen geweest en dat zou natuurlijk minder bevredigend zijn geweest. De onderlinge ontmoeting in de reguliere competitie was namelijk wel in 10-10 geëindigd; Kraaijenbrink had toen (in de 4de ronde) fraai van Hoving gewonnen en Sipma had toen op imponerende wijze wel van van Aalten gewonnen, alle andere partijen waren toen in een onbeslist geëindigd. Het was jammer dat Hijken 2 op deze dag in Huissen (!!) moest aantreden tegen Cema de Vaste Zet 2; zij waren trouwens (na barrage) ook succesvol en mogen het komend seizoen hun deuntje in de Hoofdklasse meespelen. Huissen was een sportieve verliezer en kreeg van de gastheren een bos bloemen als aandenken, maar de beker van nationale clubcompetitie seizoen 2013/2014 ging naar Hijken.

We waren blij dat we erbij waren . . .

PS. Op de terugweg vernamen we via de radio en uit de mond van Henk Posthumus (al 40 jaar !! damcorrespondent in Friesland) wat de Friezen van de Oldehove hadden gedaan in hun poging om via CEMA De Vaste Zet promotie af te dwingen naar de hoogste damafdeling. Jammer ,de Limburgers hadden zich schijnbaar ingehouden tijdens het carnaval; de Oldehove had verloren en dus moet Fryslan het weer een jaar doen zonder Ereklasser.

woensdag 12 maart 2014

Kosmos als ambassadeur

Door Rein van der Pal

Niet iedereen benadert het damspel op dezelfde manier. Je hebt dammers die graag geld willen zien voor de partijen die ze spelen, ze hebben van dammen hun beroep gemaakt. Deze zogenoemde brooddammers zijn in Nederland op de vingers van één hand te tellen. Dan is er een grote groep dammers die niet verder kijkt dan de eigen partij. Voortdurend in de weer met het verzamelen van ratingpunten vergeten ze te genieten van het spel. Schamper worden ze aangeduid met de term rating fetisjisten. Veel sympathie heb ik voor de damliefhebber die zich druk maakt over het voortbestaan van ons prachtige spel en voor wie geen enkele inspanning teveel is om het dammen tot ver buiten de landsgrenzen onder de aandacht te brengen. Van deze laatste groep is Tjalling Goedemoed een belangrijke exponent.

Ik ken geen dammer die op zoveel verschillende fronten actief is dan Tjalling Goedemoed. In het vorige blog roemde uw vaste penneleur al  A Course in Draughts, die in meerdere talen is vertaald en inmiddels ook als app voor de ipad wordt aangeboden. Maar er is meer. Talrijk zijn de bijdrages op het FMJD-forum. Hier geeft De Kosmos ongezouten zijn mening. Soms is die mening op het randje, soms eroverheen, maar het is wel altijd zijn eerlijke mening. Voorlopig hoogtepunt vind ik het animatiefilmpje van Tjalling, waarin hij de partij Tsjizjov - Georgiev uit het WK 2013 met een krakerige Texaanse stem in het Engels van deskundig commentaar voorziet. Op dit forum vinden we ook veel van zijn composities terug. Op het bekende videokanaal You Tube heeft hij 97 videofilmpjes geplaatst. U bent ook van harte uitgenodigd daar een minicollege aan de 3 om 1 Academi te volgen.

Een ander podium waarop we de hoofdpersoon van dit blog regelmatig aantreffen is Toernooibase. Eigen, maar ook andermans partijen worden door Kosmos van commentaar voorzien. Een mooi voorbeeld is de partij tegen Sietse Nagel uit de provinciale clubcompetitie 2013-2014.

Wit: S. Nagel
Zw.: T. Goedemoed  

Kosmos stuurde aan op de diagramstand. Na 1.28-22 heeft zwart een prachtige slagzet tot zijn beschikking: ...24-30! 2.25x34 23-28!  3.32x12 21x43  4.39x48 14-20  5.15x24 19x08. Zover kwam het niet, Nagel koos twee zetten eerder een andere variant en verloor. De combinatie is inmiddels gedoopt tot Coup Don Quichot.

We sluiten af met een fragment uit de clubcompetitie (seizoen2001 -2002) We speelden met Bakkerij Jorritsma Super tegen ADG (Amersfoort) in het later afgebrande dorpshuis De Beijer in Rinsumageest.


Wit: T. Sijbrands
Zw.: T. Goedemoed

Na het gespeelde 1.27-22? kreeg de partij een abrupt einde: ...23-29!!  2.42-37* 29-34! en wit gaf het op. 
Er zou gevolgd zijn 3.30x39 24-30! een verdiepte Coup Ricout. 
Na afloop van deze wedstrijd bezochten we pizzeria Tonio in Leeuwarden. De spelers van De Oldehove zaten daar ook. De eerste die Tjalling uitbundig feliciteerde was de betreurde Johan Lemstra. Ik kreeg ook een hand van Lemstra  omdat ik Fries kampioen was geworden. Graag had ik die titel ingeruild voor de door Goedemoed veroverde scalp.


Oplossingen partijproblemen van vorige week:
1) 1. 16-11 7x16  2.27-21 ad. lib. 3.39-34 23x41  4.34x3 18x27  5.3x15 35x24  6.15x9 4x13  7.49-44
2) 1.39-34 35x44  2.32-28 ad. lib. 3.16-11 ad. lib. 4.11x2 26x37  5.33-29 24x33  6.34-30 25x34  7.22-18 13x22  8.2x47


woensdag 5 maart 2014

Regendruppel...

Door Tjalling van den Bosch

In het vorige epistel besprak ik met u de situatie rond de jeugd en dammen. Graag mag ik onze edele damsport spiegelen aan die andere denksport, het schaken. In oktober 2013 bezocht ik in het stadhuis te Hoogeveen het Univé schaaktoernooi (waarom hebben schakers wel een grote sponsor en een prachtige speellocatie ?!?). Ik raakte die bewuste middag in een geanimeerd gesprek met Jozias Hillenkamp; hij bleek de bedenker te zijn van raindropchess. Dit is een spel, welke je het best kunt omschrijven als een voorspel tot het echte schaken. De missionarissen wisten het vroeger al: "Geef ons kinderen tot 7 jaar, ze zullen onze boodschap tot zich nemen en nimmer vergeten, ze zijn als een spons".

Met dit gegeven in het achterhoofd ontwikkelde Hillenkamp raindropchess, een spel voor de kinderen van de eerste groepen van de basisschool (vroeger hadden we het over de eerste klassen van de lagere school, maar tegenwoordig benoemt men dit dus anders). Het spel moest volgens de bedenker niet alleen leuk zijn voor de kinderen, maar ook de leraressen moesten het interessant vinden, want juist zij zijn het die (meestal) lesgeven aan de jongste kinderen. Als u meer over dit spel te weten wilt komen, google dan naar raindropchess of naar raindroptime.

Het idee van Hillenkamp (jeugd op zeer jonge leeftijd -indirect- kennis laten maken met het schaken) sprak mij zeer aan. Zoals altijd trek ik zoiets gelijk door naar het dammen; kunnen we niet iets dergelijks opzetten voor de damwereld, zo vroeg ik mij af. Maar wie zou dat dan kunnen doen en (nog belangrijker) wie zou het willen doen ? Vrij snel valt dan (bij mij) de naam van Tjalling Goedemoed; ik weet dat hij, als leraar wiskunde, al eens iets dergelijks heeft ontwikkeld om kinderen enthousiast te maken voor het rekenen. Zijn Mathemagic is een didactisch rekenspel voor kinderen, een soort scrabble met cijfers. Conclusie: Goedemoed zou de ideale man zijn om regendruppeldammen voor de jongste jeugd te ontwikkelen (!).
Bovendien heeft hij al het nodige ontwikkeld voor onze sport; denk hierbij aan Meteoor, een damvariant waarbij je met een leeg bord begint en later op verschillende manieren een dam kunt halen. Ook heeft Goedemoed, in navolging van wereldkampioen schaken Max Euwe, al het damboek voor de jeugd "Oom Jan leert zijn neefje dammen" herschreven. De schaakvariant bestond overigens al voordat Goedemoed was geboren (2 maart1971).

Magnum opus . . .

En natuurlijk Goedemoeds magnum opus A course in draughts; een fantastisch lesprogramma voor dammers (jeugd en ouderen) om het spel onder de knie te krijgen cq. enkele etages op te krikken. Frits Luteijn stimuleerde Goedemoed en gaf hem de vrije hand in het ontwikkelen hiervan; dat laatste was heel belangrijk, want als teveel mensen zich gaan bemoeien met een dergelijk project, dan zie je het vaak stranden in goede bedoelingen. EN . . . wat het allerbelangrijkste van A course in draugths is, dat men het vertaald heeft in het Engels, Frans, Spaans en Chinees, waardoor mensen zich nu in alle grote wereldtalen aan ons edele damspel kunnen laven ! ! ! De cursus is uniek en wordt (terecht) internationaal geroemd; dit is ook opgepikt door de internationale dambond, eind vorig jaar kreeg Goedemoed dan ook de F.M.J.D.-promotieprijs voor zijn monnikenwerk. Kortom Goedemoed zou mijn inziens een goede keuze zijn voor het ontwikkelen van een damprogramma voor de allerjongste jeugd en daarbij denk ik dan met name aan 5- en 6-jarigen; zoals (ook) Hillenkamp het al zei: "Als je jeugd op die leeftijd iets bijbrengt, vergeten ze het de rest van hun leven niet meer" . . .

Maar . . .

Maar ja, dan kom je gelijk bij het kardinale punt; wie financiert het ? Het zou prachtig zijn als een dambond (het maakt niet uit welke) zich hiervoor zou inzetten. Dus niet inzetten op allerlei hoogdravende projecten, maar naar de basis; de allerjongste jeugd, zij zijn de enige garantie voor de toekomst van onze sport . . . De financiële steun van 'buiten af' (voor de K.N.D.B.) is fragiel (!); gezien  de ongekende successen van onze wintersporters op de Olympische Spelen van Sotsji moet het NOC*NSF de komende jaren flink bezuinigen ! Medaille-winnaars krijgen een flink bedrag uitgekeerd: 30.000 euro voor goud, 22.500 euro voor zilver en 15.000 euro voor brons. Het totaalbedrag is aanzienlijk hoger dan het NOC*NSF had begroot !

Het zij zo, terug naar Tjalling Goedemoed; hij een spelletjesfanaat; naast 'ons' dammen speelt hij graag de Friese variant (oer alles hinne), ook geeft hij zich regelmatig over aan minder bekende (dam-)spelsoorten zoals dameo, killerdammen en bushka. Ik hoop dat dit epistel tot overpeinzingen van onze beleidsbepalers zal leiden.

We sluiten dit epistel af met enkele fraaie composities van Goedemoed (ja, ook daar houdt hij zich mee bezig . . .):