woensdag 30 september 2015

Tuinder...

Door Tjalling van den Bosch

In het vorige epistel hadden we het over de Nina Hoekman-Memorial.
Net als vorige week laten we ook nu het licht schijnen op iemand die Nina van dichtbij heeft meegemaakt. De aanhef van dit epistel zal bij velen niet direct veel duidelijkheid verschaffen; waarschijnlijk geniet onze hoofdpersoon meer landelijke(?!) bekendheid als:

Damduizendpoot . . .

De persoon die we deze keer onder de loep nemen mag men gerust een damduizendpoot noemen; zijn officiële functie is die van bondsmedewerker van de K.N.D.B..

Inderdaad, we gaan naar niemand minder dan Paul Visser. Hij werd opgevist op 29 juni 1956 te Huissen; en ja, wie Huissen zegt, zegt dammen; dat is tegenwoordig zo en dat was toen ook al zo. De legendarische Piet Levels zwaaide toentertijd de scepter over het Gelderse schooldammen, en daar deed Paul aan mee. Levels wist alras Visser binnen te hengelen bij de lokale damclub in Huissen. Dat duurde echter niet zo lang, want na zo'n 5 jaar hield Paul het dammen (in 1972) weer voor gezien!

Visser stortte zich in 1972 op de lerarenopleiding en voltooide deze naar behoren; dus voor de klas(?) . . . uh, nou nee! Visser ging aan de slag als (zoals hij het zelf omschrijft) tuinder. Voor de duidelijkheid; Paul ging werken op de tuinderij van zijn broer. Dus geen leraar en ook niet dammen!

Gelukkig gold voor Paul het aloude: 'jong geleerd is oud gedaan' of 'het bloed kruipt waar het niet kan gaan'. In 1986 meldde hij zich weer aan bij een damclub; niet Huissen, maar DOG Elden. Visser kreeg de (dam-)smaak toen blijkbaar echt te pakken; naast de club uit Elden werd hij ook vrij spoedig (wederom) lid van Huissen. Anno 2015 is hij nog steeds lid van (zoals het tegenwoordig heet) damvereniging VBI Huissen. Tot 1999 hield dit dubbellidmaatschap stand; toen ging DOG Elden op in het huidige CTD Arnhem.

Damfunctionaris . . .

In 1991 trad Visser in dienst bij de K.N.D.B. (dus volgend jaar groot feest!). Paul Visser is vaak de 'stille' spin in het web bij veel damactiviteiten; soms vanwege zijn beroep, maar vaak ook als privépersoon. Zo is hij bijvoorbeeld de contactpersoon voor de Nina Hoekman Memorial. Ook komt Visser vaak met de raarste ideeën om het dammen onder de aandacht te brengen, zo ook tijdens de bewuste memorial. Hetgeen Visser zelf nooit van de daken zal schreeuwen is het feit, dat hij (mede-)initiator en drijvende kracht achter 'Nijmegen Open' was. Na 25 jaar droeg hij het stokje over aan de huidige organisatoren, nadat hij eerst nog het prachtige boek '25 jaar Nijmegen Open' had geschreven (samen met Eric Sanders en Tjeerd Harmsma).

 Nina . . .

Paul en Henk Hoekman (die Paul al van het dammen kende) reisden samen met nog enkele andere dam-enthousiastelingen in 1989 naar Kiev, voor een vriendschappelijke damuitwisseling. Daar leerde Paul (net als Henk) Nina voor het eerst kennen. Wanneer Paul (anno 2015) terugdenkt aan Nina dan komt het volgende als eerste bij hem boven: "Nina's passie en inzet zijn legendarisch en niet alleen op damgebied!" Visser vervolgt: "De vonken konden ervan afspatten; Henk heeft meermalen moeten bukken wanneer het bij haar of Henk mis ging op het bord, maar ook tijdens gezelschapsspelletjes kregen Nina's emoties soms de overhand".

Aan de andere kant was Nina ook weer in staat om haar eigen belang volledig terzijde te schuiven, bijvoorbeeld als het om haar dampupillen ging. Het omgaan met (dam-)kinderen was voor Nina een serieuze zaak. Niet alleen om ze de geheimen van onze edele damsport te laten doorgronden, maar Nina was zich ook terdege bewust van het feit, dat de jeugd in een levensfase zat, waarin ze makkelijk te beïnvloeden waren.

In alle epistels die we wijden aan de memorial komt Nina's passie en gedrevenheid voor de damsport aan het licht; alleen daarom al ontbreekt Paul Visser niet te Zutphen; dus op 23, 24 en 25 oktober aanstaande!

Ook u bent van harte welkom . . .

woensdag 23 september 2015

The Heikster...

 Door Tjalling van den Bosch

Vorig jaar (2014) overleed te Zutphen de Nederlands damkampioene en damtrainster Nina Hoekman-Jankovskaja op 49-jarige leeftijd. Op 23, 24 en 25 oktober 2015 vindt, eveneens te Zutphen, een memorial plaats ter nagedachtenis aan Nina. Veel van haar concurrenten/vriendinnen zullen dat weekend acte de présence geven.
Het zijn trouwens niet alleen dames die het strijdperk betreden, ook een stevige afvaardiging van de sectie 'mannen' zal de (dam-)degens kruisen tijdens de Nina Hoekman Memorial.
Voor meer informatie ga naar: www.Ninahoekmanmemorial.nl.
Nina heeft veel betekend voor het dammen in het algemeen.  Nina was naast een uitmuntend damster ook een fantastische trainster, die haar pupillen niet alleen bijstond op damgebied, maar ook in hun 'algemene ontwikkeling'. Eén van de exponenten van de 'Nina-school' is: 

The Heikster . . .

Heike Jildou Verheul werd geboren te Groningen en wel op 26 februari 1993. Nadat Heike in Groningen het gymnasium had afgerond, is ze Culturele Antropologie gaan studeren in Utrecht. Tijdens deze studie raakte ze ook geïnteresseerd in veiligheid, vandaar dat ze voor haar Bachelor drie maanden in Guatemala verbleef (tijdens 'Salou Open 2014' . . .; nooit weer doen Verheul!). 
Ze deed in Quetzaltanango onderzoek naar de gevoelens van veiligheid in de sloppenwijken. Het studeren zit Heike blijkbaar in het bloed, want nadat ze haar studie succesvol had afgesloten ging ze door met een masteropleiding Criminologie (ook te Utrecht).
Dan denk je 'het is mooi geweest', maar nee hoor; na haar 'masters' wil ze een tweede masteropleiding Culturele Antropologie gaan volgen! Bij het lezen van het bovenstaande kunt u het idee krijgen dat Heike alleenmaar met haar neus in de studieboeken zit; niets is minder waar, ze leeft zich ook graag fysiek uit, onder andere als basketbalster en softbalster.

Dammen . . .

Toen Heike een jaar of acht was, kwam ze in aanraking met de edele damsport; haar broer (Fabian) damde actief op de Michaëlschool in Groningen. Via haar broer kwam Heike terecht bij de jeugdafdeling van damgenootschap Het Noorden. Danny Staal zwaaide daar de scepter en gaf ook trainingen bij hem thuis; later bemoeiden tevens Martijn de Jong, Siep Buurke en Michiel Kroesbergen zich met het ontwikkelen van Heike's damtalent. 
Heike bleek over de nodige dambegaafdheid te beschikken; op haar palmares prijken o.a. 2x Europees Kampioen (2006 bij de pupillen en 2012 bij de junioren).
In Nederland heeft ze in alle jeugdcategorieën de nationale titel minstens één keer voor zich opgeëist. Voorts werd ze in 2013 Studentenkampioen van Nederland. Naast het bezit van de 'vrouwentitels' MFF en MIF mag ze zich ook Maître Fédération noemen

In 2003 (toen Heike tien jaar was) leerde ze Nina, alsook Henk Hoekman, kennen; Henk en Nina waren de begeleider/trainer van de Nederlandse afvaardiging naar het jeugd-EK van dat jaar. Doordat Heike in de nationale selectie terecht kwam (die door Nina werd getraind),  werd de relatie tussen beide steeds hechter. 

Familie Hoekman en Heike Verheul
"Nina werd mijn dammoeder" zegt Heike nu (anno 2015) "en Henk mijn dam-papa". Inderdaad, zo mag je Nina wel noemen 'dammoeder', want voor Nina hield het begeleiden van haar talenten niet op met eenmaal per maand een zaterdag trainen. 
Vaak logeerde Heike (en anderen) in Zutphen; later plaatste ze zich voortoernooien waar Nina ook aan meedeed. 
"Ik heb met Nina veel toernooien gespeeld, zoals EK's, Confederation Cup en natuurlijk Salou Open; als kers op de taart ben ik in 2011, samen met Ester (van Muijen) naar Kiev geweest, waar Henk en Nina een tweede huis hebben" vertelt Heike vol enthousiasme. 

Heel speciale band . . .

Het moge duidelijk zijn, Heike had een speciale band met Nina en heeft dat nog  steeds met Henk, die ze samen met Ester van Muijen bijstond ten tijde en na het overlijden van Nina. Toen Heike er tijdens het EK 2011 weinig van bakte, kon ze haar tranen niet bedwingen; moederlijk legde Nina toen de hand op haar schouder en zei: "je hoeft niet te huilen, dat heb ik al voor je gedaan".
Heel typerend voor Nina. Wat Heike verder nog van Nina is bijgebleven is haar enorme vechtersmentaliteit; "ik hoop dat ik daar wat van heb meegekregen" laat Heike zich ontvallen.
Eén 'incident' heeft grote indruk op de jonge Heike gemaakt: "tijdens één van mijn eerste NK's (bij de dames-senioren) verloor ik regelmatig door een 'zetje'". "Tegen Nina speelde ik echter een degelijke partij en ze moest in remise berusten". "Je loopt tegen iedereen in een zetje, behalve tegen mij" had Nina haar, na afloop van de partij, toegevoegd; Heike moest toen even slikken. Zo bedoelde Nina het natuurlijk niet, ze zou het vreselijk hebben gevonden als Heike zich willoos had laten afslachten, maar schijnbaar moest Nina zich even afreageren, want winnen was voor Nina geen optie, maar het enige!   

Heike kan natuurlijk nog vele verhalen opdissen, maar we laten het hierbij. Het moge duidelijk zijn; Heike Jildou ("Mooie Friese namen he") staat op de deelnemerslijst van de Nina Hoekman Memorial. (noteer de data in uw agenda; er is ook voor bezoekers het nodige te doen).
Tijdens het Open NK 2014 te Heerhugowaard nam Heike een heuse internationale grootmeester te grazen; zesde ronde, verspeeld op 16 juli 2014.
Verheul stuurde de witte schijven aan en heeft zojuist  18.  34-29  laten noteren. De Litouwer Aleksej Domchev  'sloot aan' met 18.  . . - . .  (3-9) en toen koos (het dammen is nu eenmaal keuzes maken)  wit voor  19.  38-32  (27x38)  20.  43x32. En toen glipte bij Domchev  20.  . . - . .  (14-19)  uit de vingers(?); na Heike's antwoord  21.  41-37  gaf de Litouwer zich beschaamd over, 2-0.
Ziet u waarom?   

woensdag 16 september 2015

Sexy...

Door Tjalling van den Bosch 

Uw penneleur mag 'niet-dammers' graag de vraag voorleggen 'wat zij vinden van onze edele damsport'. Vaak krijg ik geen 'echt' antwoord, maar zo nu en dan is er iemand die zeer uitgesproken is. Bijvoorbeeld: "Dammen is geen sport;, als ik dan even doorvraag blijkt dat deze persoon 'denksport in het algemeen' (denk ook aan schaken en bridgen) geen echte sport vindt! Dat mag, alhoewel ik genoeg middelen heb om deze stelling onderuit te halen: "het is wel degelijk competitief, het gaat wel degelijk om strijd tussen twee sporters, het wordt wel degelijk wereldwijd (zij het in verschillende varianten) gespeeld, etc. etc."

Enkele andere antwoorden op de eerder gestelde vraag waren onder andere: "Dammen is wiskundiger dan schaken"(?!) en ook "Het is niets voor mij, maar ik heb wel respect voor dammers en schakers". Een schaker die vroeger weleens had gedamd (op een club), merkte op dat: "het dammen moeilijker is dan schaken; bij het dammen wist ik nooit waar ik 'naar toe' moest, bij het schaken is dit eenvoudiger; gewoon je pijlen blijven richten op de vijandelijke dame". Het bovenstaande is een kleine samenvatting van wat ik tegen kwam, naar aanleiding van de bewuste vraag. Mijn (mogelijk voorbarige) conclusie is dat niet-dammers absoluut niet negatief over het dammen denken.

Hoe anders . . .

Ik heb mij de afgelopen decennia verbaasd over: hoe anders dammers zelf over hun sport denken! Ik kom tot dit onderwerp naar aanleiding van het interview van Jasper Lemmen met Pim Meurs, welke op 2 juni (2015) op de site Alldraughts is geplaatst. Meurs stipt hierin het imagoprobleem van het dammen aan; dammen is volgens hem suf en niet sexy. Er zijn meer dammers die zich op die manier hebben uitgelaten en daar is uw penneleur het helemaal niet eens!

Dammen is voor mij:
1. battle of the brains!
2. de strijd aangaan door geestelijk alpinisme!
(grote hoogtes, diepe dalen).
3. op basis van kennis en kunde elkaar bestrijden!
(keihard trainen (studeren) verhoogt beide; geldt voor alle sporten).
4. Dammen is goed voor jong en oud!

Punt 4 wil ik even uitgebreider toelichten; wanneer kinderen op zeer jonge leeftijd worden geactiveerd om te gaan dammen/schaken, ontstaan er in de hersenen zogenaamde 'dwarsverbanden', waardoor hun denkvermogen (op velerlei gebied) enorm toeneemt.
Voor ouderen geldt: 'rust roest': door te gaan (blijven) dammen/schaken bindt de oudere de strijd aan tegen diverse vervelende ouderdomsverschijnselen.
Dus: Fitness for the brain . . .

Doorgaan . . .

Ik kan nog wel doorgaan met het noemen van positieve punten, maar waar het mij om gaat is dat dammers zelf (!) hun sport blijkbaar 'bedenkelijk' vinden! Het zijn de dammers zelf die het hebben over een hoog 'nerd-gehalte'; het woord nerd betekent (vrij vertaald): introvert, afzijdig, niet sociaal.
Nooit heb ik van niet-dammers het woord 'nerd' (in wat voor vorm dan ook) gehoord!
Als ik jonge topspelers anno 2015 in ogenschouw neem dan kan ik het woord ook niet plaatsen; Boomstra, Sipma, Groenendijk, Wolff, Slump zijn in mijn ogen gezonde kerels (aan het worden) en ook hun vrouwelijke tegenhangers als bijvoorbeeld Verheul, van Muijen, Timmerman zijn in mijn ogen gezonde jongedames die zich zeer bewust zijn van het reilen en zeilen in deze wereld, niks introvert, afzijdig of sociaal niet bewust!
Natuurlijk zijn er onder dammers 'vreemde houtjes' (leek mij een leuke woordspeling), maar dat is bij andere sporten niet anders! Het is natuurlijk gemakkelijk om achter populaire sporten (voetbal, schaatsen) aan te lopen, maar zij die kiezen voor een minder populaire sport zijn niet bij voorbaat anders (wereldvreemd)!

Pers . . .

Ook hoor ik vaak dat 'de pers' dammen niet interessant vindt; ook daar ben ik het niet mee eens. Je moet 'de pers' natuurlijk wel iets bieden; de recordpoging van Ton Sijbrands van afgelopen december was toch een prachtig voorbeeld van hoe men de damsport moet promoten! In de 'niet dam-pers' was er niets dan lof voor Sijbrands huzarenstukje(!); het leverde Sijbrands bijna een nominatie op voor de (Nederlandse) titel:  Sportman van het jaar!!

De komende maanden staan er prachtige evenementen op de damkalender;
1. Nina Hoekman Memorial (23, 24 en 25 oktober 2015 te Zutphen)
2. WK jeugd dammen (1 t.e.m. 7 november 2015 te Beilen)
3. WK dammen (8 t.e.m. 25 november 2015 te Emmen).
4. Recordpoging Kloksimultaan (30 december 2015 Almere).
Dit laatste vindt plaats onder auspiciën van Stichting Aanzet.
Me dunkt, kansen te over om onze prachtige denksport goed te promoten! Dammers het is aan u; laat u zien bij deze damactiviteiten; dan kunnen de persmuskieten, alsmede de sponsors, zelf zien dat het dammen bij lange na niet dood is . . . !

Dammen is sexy . . . 

En voor hen die zich daar nog steeds niet in kunnen vinden(?):
"Het is jammer dat het jou niet gegeven is om de schoonheid van het dammen te onderkennen"!
Of:
"Wie het dammen niet kent, kan het niet waarderen. Voor wie geen idee heeft van de mogelijkheden op het magisch vierkant van de honderd velden, blijft de fascinatie van ons spel een mysterie!"

Als er nu nog mensen zijn die het dammen niet sexy vinden, dan zal het onderstaande filmpje u toch zeker van mening doen veranderen:
















maandag 7 september 2015

JdB...

Door Tjalling van den Bosch

Het zal bijna 8 weken geleden zijn geweest toen uw penneleur, op een zeer ouderwetse manier (brief), een tijding bereikte over een Dinner-sport-meeting in restaurant De Lage Vuursche. De afzender was iemand uit de wereld der Jeu de Boulers . . . !! Opmerkelijk; ter verduidelijking: op 27 mei 2014 had onze blogmanager mijn epistel -Jeu de Boules . . .- op dit blog geplaatst en nu, ruim een jaar later dus, een reactie van één van die balletjegooiers. 

Verzoek . . .

Uit de brief maakte ik op, dat men mij verzocht om het bewuste epistel op maandag 31 augustus jl.(2015) persoonlijk voor te komen dragen tijdens de genoemde bijeenkomst van sportbonden. Tijdens deze meeting waren er diverse sprekers uit de Nederlandse sportwereld en kon men tevens genieten van een 5-gangen diner (dit laatste trok mij natuurlijk over de streep, 5-gangen maar liefst; vroeger, thuis, aten we altijd in één gang; een noodgang). Het was de bedoeling dat er tijdens de bijeenkomst gediscussieerd zou worden over diverse facetten uit de sportwereld (topsport, breedtesport, ledenwerving, etc.) en verder kon men informeel met elkaar praten over 'wat er maar ter tafel komt'.

Toen ik op de bewuste dag tegen 5 uur ('s middags) arriveerde op de fraaie locatie werd ik joviaal ontvangen door de Jeu de Bouler; meneer vroeg mij of ik het epistel bij me had,voor de zekerheid had hij deze ook maar even 'uitgedraaid'. Op mijn vraag wat nu eigenlijk precies de bedoeling was, glimlachte hij geheimzinnig. Afijn, tijdens het eerste drankje zag ik vrij veel bekenden uit de vaderlandse sportwereld.
Helaas kon ik niemand uit de damwereld ontwaren, was de KNDB niet uitgenodigd, of was men verhinderd(?); ik kon er niet achter komen. Wel had het NOC*NSF een 'zware' delegatie afgevaardigd.
 
Aan tafel . . .

Na enige tijd werden we 'aan tafel' geroepen; er waren 12 grote ronde tafels; aan elke tafel zat één iemand van een sportorganisatie. De tafelindeling moest zorg dragen voor een gemêleerd gezelschap per tafel.  Aan 'mijn tafel' zaten o.a. iemand uit de schaakwereld, een korfballer, een hockeyer, een bridger en natuurlijk mijn Jeu de Boules-vriend. Na de eerste 'gang' (drie konijnenkeutels verborgen onder iets groenigs) kwamen 'de sprekers los'; het duurde even, maar op  een gegeven ogenblik mocht ik mijn epistel over het Jeu de Boules voorlezen. 
Daarna kreeg mijn Jeu de Boules-disgenoot het woord; zijn speech was zeer goed voorbereid en ik kreeg nogal wat voor de voeten geworpen! Hoe ik het aandurfde om het Jeu de Boules belachelijk te maken! Of ik wel wist dat de Jeu de Boules-bond meer dan het 10-voudige aan leden heeft (in vergelijking met het dammen)! De snoodaard . . .Sinds 3 jaar had men (de Jeu de Boules-bond) de peilen gericht op de 50-plussers, en dit had een ledenwinst opgeleverd van maar liefst 2.000! Mijn richting uitkijkend voegde hij er nog fijntjes aan toe: "We hebben nu dus meer dan 20.000 aangesloten leden". Met klemtoon op dat laatste! Ook kwam  hij nog met: "De Jeu de Boulers gaan (anders dan ik had geschreven) zich nu wel degelijk op een 'Olympische erkenning' storten"!  Toe maar . . .

De beste man bleef zo nog een tijdje doorgaan en ik mocht dit lijdzaam ondergaan, helaas kreeg ik na zijn schimpscheuten niet meer de kans om mij en plein publiek te verdedigen. Toen de spreker na zijn tirade weer aan onze tafel verscheen zorgde mijn opmerking ("Dat je je eigen sport moet promoten door een andere sport af te kraken!") ervoor dat er eerst even wat adrenaline moest worden afgevoerd. Later kreeg ik de kans om even rustig met hem te praten en kon ik hem uitleggen waar het bewuste epistel daadwerkelijk om draaide. Later vroeg ik hem naar de 10%-ledentoename van zijn bond; hij vertelde me dat de Jeu de Boules-bond zich de laatste drie jaar vooral op de 50-plussers had gestort, onder andere omdat 'die nog een beurs hebben'. Het mes bleek (zo vertelde hij), ook nog onverwacht, aan twee kanten te snijden, want doordat veel jongelingen met vader/moeder of opa/oma 'meekwamen', namen ook zij kennis van het Jeu de Boules. Zo de oudjes zongen, zo piepen de jongen . . . 
 
Schaak-meneer . . .

Op een gegeven moment bemoeide de schaak-meneer zich ook met ons gesprek en stelde dat hij het één en ander herkende. De schaakbond zag vanaf 2002 de ledenaantal van 24.000 teruglopen tot net boven de 20.000; "doordat we (de schaakbond dus) ons de laatste jaren meer op 50plus-markt zijn gaan richten, is het ledenbestand weer flink toegenomen" zo merkte hij onder andere op.
De schaker oreerde ook nog: "ouderen zijn tegenwoordig veel fitter en blijkbaar wil men zich graag in de avonduren op een andere wijze verpozen; het lijkt erop dat men zich steeds meer afkeert van de televisie en de ouderwetse gezelligheid weer opzoekt". (Ik vond dit laatste nogal wat gewauwel, maar juist vandaag (2-9-2015) kopt een landelijk dagblad: "Nederlanders kijken nog nauwelijks tv"! ). Verder had mijn schaak-disgenoot het nog over een "eigen digitaal(schaak) platform", maar daar verlies je mijn aandacht, want ik heb er totaal geen idee van wat dát allemaal inhoudt.
 
De bridger meende zich op een gegeven ogenblik ook in de 'strijd' te moeten mengen met: "Onze bond heeft een enquête gehouden onder de nieuwe leden, daaruit bleek dat veel ex-dammers tot de nieuwbakken bridgers behoorden". Ja, ja leuk om deze dammer even te kietelen; het moge duidelijk zijn, wie zijn billetjes (in mijn geval billen) heeft verbrand . . .! Ik weet niet of mijn jeu de boules-'vriend' het tafelgesprek zo langzamerhand sneu voor mij begon te vinden, maar op een bepaald moment richtte hij zich tot de op dat moment 'stille' korfballer: "Korfbal is toch ook niet een echt
populaire sport in Nederland, hoeveel leden hebben jullie eigenlijk?"
Met een zeer onderkoelde stem antwoordde deze: "Honderdduizend"; dat was jammer voor uw penneleur, want vervolgens richtte de jeu de bouler zich weer op die domme dammer.

Huiswaarts . . .

Nadat ik, geheel in de calvinistische traditie, alle schimpscheuten over me heen had laten gaan (blijven glimlachen . . .) besloot ik om goed half 10 huiswaarts te keren.

Toen ik weer in de auto zat, liet ik alles wat zich die avond had afgespeeld, nog eens de revue passeren en kwam tot de conclusie dat het met onze geliefde damsport misschien allemaal niet zo voorspoedig gaat, maar ik blijf erbij dat de damsport nog steeds een goed product is. En er zijn kansen(!), maar daarover volgende week meer.

Misschien is het moeilijk om het (dam)tij te keren, maar (zoals ik vaak in U.S.A. hoorde): When the going gets tough, the tough get going . . . 
 

woensdag 2 september 2015

Tsunami...

Door Tjalling van den Bosch
Tjalling van den Bosch; Heerhugowaard 2015


Het Heerhugowaard Open 2015 (tevens Open NK) was wederom één groot (dam-)spektakelstuk. Als je de locatie aan het Helena Nordheimland betrad kreeg je een tsunami van dammen over je heen.

Er was de (wederom) fraai aangeklede sporthal waar de partijen werden gespeeld; voorts was er in het naast gelegen gebouw een bar-gedeelte, met daarachter de analyseruimte met een zeer uitgebreide ('zo hoort het') boekenstand. Ook schotelden Ton Sijbrands en Kees Thijssen, vanuit dezelfde ruimte, het publiek (inclusief zij die thuis achter de computer zaten) prachtige analyses voor. Kortom, het dammen vierde hoogtij.

Dammen anno 2015 . . .

De Kroongroep (Concrex Masters) werd gewonnen door Alexander Georgiev en het 'Open-toernooi' door Alexey Chizhov. Opmerkelijk was het aantal overwinningen tijdens de (min of meer) reguliere partijen in de Kroongroep; slechts 3, op 45 partijen! Uw penneleur ging halverwege het toernooi zijn oor eens te luisteren leggen bij een drietal toppers uit de Kroongroep; "waarom toch zo weinig winstpartijen?" De antwoorden kwamen overeen; het was verstandiger om geen zware inspannende partijen spelen, het leek hen slimmer om fit aan de barrages te beginnen . . .
Dus waar de organisatie op een gekunstelde manier trachtte het één en ander aantrekkelijker te maken, werkte dit helaas averechts.

Eenzelfde antwoord gaf Alexey Chizhov, toen hem de vraag werd voorgelegd waarom zijn (min of meer) reguliere finalepartij tegen Kevin Machtelinck toch vrij eenvoudig in een puntendeling was geëindigd. "Waarom zal ik mij het mij moeilijk maken, ik pak de punten straks wel in de barrage". En zo was het ook; halverwege de sneldampartij (5'+3" per zet erbij) kon men het verschil duidelijk zien. Na zo'n 35 zetten (in een 11 om 11) had Chizhov nog 5' en 36" op de klok 'staan' (hij was dus begonnen met 5' en 03"!!), terwijl Machtelinck nog slechts 2' en 44" tot zijn beschikking had! Machtelinck had na afloop zelf het idee dat hij alleen maar zetten had gedaan en zeker niet 'lang' had zitten rekenen! Een moderne prijsdammer moet zowel links- als rechtshandig snel de zet kunnen uitvoeren én de klok indrukken!

In het onderstaande filmpje is dit prachtig in beeld gebracht; daar waar de van nature rechtshandige Chizhov, linkshandig 'speelt' is de linkshandige Machtelinck constant met zijn linkerhand bezig en verspeelt hij met het indrukken van de klok kostbare tijd . . . ! Ja, het topdammen anno 2015 vraagt veel behendigheid . . . Pas toen Chizhov een zeer voordelige stand op het bord had verkregen ging hij iets langer nadenken.



Het DZD (Dammen Zonder Denken), oftewel proberen om tot (grootmeesterlijke) winstpartijen te komen door de bedenktijd terug te schroeven, kan mij niet bekoren. Er waren meer damliefhebbers die er zo over dachten, want het aantal toeschouwers bij de diverse barrages was nou niet bepaald groot te noemen, ondanks de aanwezigheid van 164 dammers die deelnamen aan het 'Open NK'.
Voorstanders van het 'snellere dammen' vinden het vooruitstrevend ('product van deze tijd'!?!); persoonlijk vind ik dat men de tijd 100 jaar terugdraait. Uit het vorige week besproken boek van Jan Apeldoon (100 WK Dammen) kan men opmaken dat de topspelers rond 1900 in eenvoudige zetjes 'liepen', net als met het huidige DZD!

Ideetje . . .

Zou het misschien een idee zijn om volgend jaar de Kroongroep meer bedenktijd te geven(?), zodat topgrootmeesters hun dam(denksport)talenten maximaal kunnen exploreren (i.p.v. hun handelingssnelheid te testen). Ik zit te denken aan 40 zetten per 2 uur en daarna 20 zetten per uur (en geen barrages!); misschien dat er dan meer partijen in winst kunnen worden omgezet. Mijn inziens levert het in ieder geval meer hoogwaardige grootmeesterpartijen op; wat mij betreft kan een remisepartij ook prachtig zijn! Het blitz-dammen leidt in ieder geval niet tot mooie partijen. "Maar wat als er dan twee winnaars zijn?" Dan hebben we, net als bij het grootste schaaktoernooi ter wereld (Wijk aan Zee), twee winnaars! En niemand die zich daar om bekommert!

Ook is het misschien een idee om het 'Open-toernooi' gewoon ('Zwitsers') zijn gang te laten gaan en niet met één of andere onnatuurlijke finale aan te komen, waar maar weinig dammers (laat staan niet-dammers!) iets van snappen. Met het Zwitsers Systeem is er altijd al één winnaar. 

Overigens is het 'iets uit te proberen' helemaal niet erg, maar na decennialang in de weer te zijn geweest met sneldammen, blitz, plus- en min-remises en weet ik wat al niet meer, is het misschien wel eens tijd om iets 'de andere kant op' uit te proberen. Ruim 30 jaar versneld dammen heeft in ieder geval (volgens mij) bar weinig opgeleverd; het enige dat deze periode kenmerkt is het grote ledenverlies!