dinsdag 27 november 2012

Jan Gerlofsma

Door Tjalling van den Bosch

Velen zullen zich hem nog herinneren, velen zullen geen flauw idee hebben wie hij was. Jan Gerlofsma heeft 25 jaar lang (van 1959 tot 1984) op zijn geheel eigen enthousiaste wijze leiding gegeven aan DamClub Huizum. Maar liefst 25 jaar lang waarin hij onze club zag opklimmen van een modale derde klasser tot kampioen van Nederland. In 1955 was hij trouwens al toegetreden tot het hoogste orgaan binnen onze club, dus je kunt spreken van 3 decennia lang bestuurlijk actief.
Hij organiseerde feestavonden, verlotingen, sneldamtoenooien en leidde dus de vergaderingen.Gerlofsma werd geboren op 27 augustus 1914 te Achlum en overleed op 22 mei 1992 te Marssum.

Zijn beroep was aardappelhandelaar EN hij was een geboren voorzitter. Naast zijn voorzitterschap bij onze damclub bekleedde hij deze functie ook bij de Marssumer voetbalclub S.S.S. Hij was een sociaal bewogen man die vele functies binnen verenigingen op zich nam en vaak een stuwende kracht was bij het organiseren van feesten en partijen.Onze huidige voorzitter (Anton Schotanus) kon hem in 1989 persoonlijk de hand schudden voor het feit dat het, mede voor zijn inspanningen ten bate van  DamClub Huizum, Hare Majesteit had behaagd om Jan Gerlofsma de eremedaille, verbonden aan de Orde van Oranje Nassau, te laten overhandigen, iets dat dit jaar ook de voorzitter van I.O.C., Jacques Rogge, overkwam.

Als dammer was Jan Gerlofsma niet direct een hoogvlieger, zo kon ik in zowel Turbodambase als Toernooibase geen enkele partij van hem vinden. Niet één enkele Gerlofsma kwam in mijn speurtocht bovendrijven, wat vreemd is want in de geboorteplaats van Jan, Achlum, damden meerdere mannen met die achternaam. Zo bond ik in het verre verleden regelmatig de strijd aan met een zekere Oep Gerlofsma (heerlijk die ouderwetse Friese voornamen).
Hoe het ook zij dammen was voor Jan vooral een plezierige bezigheid maar om nu 4 á 5 uur achter het dambord te vertoeven dat was niet aan hem besteed.
Meestal duurden zijn partijen niet langer dan een uur of 2 en dan zocht hij snel de gelagkamer op om daar met zijn maten te gaan dobbelen, kaarten of bamzaaien en vooral te lachen. Ik kan me nog zo voor de geest halen dat wanneer ik op de clubavond na een lange partij ook het café-gedeelte van zalen Tivoli opzocht het daar vaak een gezellige boel was met mannen als (naast onze hoofdpersoon) Menno Bandstra, Marten Nicolaï, Johannes Schootstra, Brant Visser, Jurjen Hoekstra.Ze hadden veel plezier en regelmatig bulderden de lachsalvo's over de stamtafel. Jan Gerlofsma had ook de gave om je een serieus verhaal te vertellen welke achteraf een mop bleek te zijn.Ook verbasterde hij (à la Rinus Michels) de namen van mensen, schrijver dezes heeft het bij hem nooit verder gebracht dan 'bos' en Auke Scholma werd door hem steevast
'scholman' genoemd.

Auke Steensma reageerde na het 75-jarige jubileum van onze club (2007) op Jan Gerlofsma als volgt: "Wat een voorzitter. Trots op Huizum en Friesland, ik herinner mij een discussie aan de bar in Tivoli tussen hem en de voorzitter uit Noord-Holland, midden jaren '60. Gerlofsma verwees naar het opkomend jong talent in Friesland en poneerde de stelling dat Friesland waarschijnlijk sterker was geworden dan Noord-Holland, hetgeen door zijn collega stellig werd ontkend. Dat leidde tot een dispuut, resulterend in een wederzijdse uitdaging.  Gevolg: Wij togen met 10 Friese spelers (waaronder Harm Wiersma, Anton Schotanus, Oebele Hoekstra, Sjoerd Visser en Auke Steensma) naar Amsterdam en versloegen de Hollanders met 9-11 !!!
De bezieling van Gerlofsma vergeet ik nooit".
Om het sociale aspect van Gerlofsma te benadrukken het volgende verhaal van Jaap Kieffer
opgetekend door Rein van der Pal en Sietse Nagel: "In 1944 trad ik in het huwelijk met Annie Koot. Ik leende een pak van hem (Jan Gerlofsma), die tot mijn kennissenkring behoorde, alhoewel we niet van hetzelfde postuur waren.Nadat het ja-woord had geklonken moest Gerlofsma zijn pak weer terug hebben, omdat hij anders niet op het trouwfeest kon verschijnen". Het doet denken aan een scène van Laurel & Hardy . . . .

Het hele interview met Jaap Kieffer staat trouwens in het jubileumboek 'DamClub Huizum 75 jaar'.

Jan Gerlofsma, opdat wij niet vergeten . . . .



dinsdag 20 november 2012

Georgiev

Door Tjalling van den Bosch

Wereldrecord


Zaterdag 17 november 2012 was voor stichting Aanzet een grote dag. Na een mislukte poging om het wereldrecord kloksimultaan te verbreken (Ndjofang 2010) mocht Georgiev het deze dag proberen.

 Veni, vidi, vici . . . . .

Alexander Sergejevitsj Georgiev werd geboren op 17 juli 1975 in (volgens de Russische gegevens) Pyatilipy, Novograd Oblast, volgens de site van stichting Aanzet in het voormalige Leningrad, thans (weer) St. Petersburg.Georgiev is de huidige wereldkampioen in onze sport, een titel die hij vorig jaar voor de zesde maal voor zich opeiste in Emmeloord/Urk. Dit evenement werd ook al georganiseerd door stichting Aanzet. Wat de mannen achter deze rechtspersoon zonder winstoogmerk oppakken doen ze met een zekere flair en allure welke mijns inziens ongekend is voor de damwereld.
Zoals een ieder nu wel zal weten slaagde Georgiev met vlag en wimpel voor dit 'examen' met ruim 80% (waar 70% voldoende was geweest), tegen 42 tegenstanders haalde hij 68 punten.

Schrijver dezes was één van die deelnemers die de wereldkampioen een punt ontfutselde. Nadat ik had meegedaan aan de poging van Ndjofang in 2010 dacht ik dat onder normale omstandigheden een verbetering van dit record er niet in zat. "Fysiek onmogelijk" oreerde ik, wat had ik het mis, alhoewel ik in het begin alle gelijk van de wereld leek te hebben. Rustig en beheerst gleed Georgiev langs de borden, een 'rondje' duurde ruim 8 minuten. "Veel te langzaam" liet ik mijn buurmannen weten en dat was eigenlijk ook zo.

Na 2 uur en 45 minuten kreeg de Rus echter een 'wake-up call' door tegen Jacob Poortinga (in een gewonnenpositie ?!?) na 38 zetten 'door de klok te gaan'. Georgiev schrok hiervan en in het volgende rondje ging hij eens op de klokken letten en besloot toen om van taktiek te veranderen.
Hij begon remises voor te stellen in partijen waar hij (tot dan) weinig had bereikt, onder andere tegen de schrijver dezes.Vrijwel alle tegenstanders namen dit aanbod aan en zodoende slonk het aantal borden en kon de wereldkampioen het tempo opvoeren. Nadat hij veel partijen in zijn voordeel had beslecht en nadat hij de 50 zetten in de twee uur had afgewerkt kreeg hij de ruimte (en tijd) om de overgeblevenen het leven zuur te maken, met als resultaat de gewenste uitslag.

Eigenlijk verloor Georgiev niet één partij, tweemaal verloor hij op de klok en verder moest hij 12 remises accepteren, maar geen van de deelnemers kon hem op een combinatie 'trakteren' of hem strategisch overspelen, voorwaar een unieke prestatie.

U hebt het allemaal 'live' kunnen volgen dankzij de inspanningen van Hendrik Veenstra, Piet Bouma en Geb Kos, die het IT-hart waren van dit hele gebeuren, want stichting Aanzet wil niet alleen organiseren maar ook graag de 'nieuwe ontwikkelingen' een kans geven ! Via Toernooibase kunt u in alle rust de partijen nog eens naspelen, vooral Georgiev's overwinning op Tjipke Smedinga (met een offer die hij naar eigen zeggen van Alexander Baljakin had afgekeken) was er één die gezien mag worden. Ik zat naast Richard Koot en na een grote afwikkeling bouwde Koot een degelijke stand op.
"Alleen schijf 6 er nog even bijtrekken" zal de Drachtster onderwijzer hebben gedacht, dus 6-11 en 11-17 en ja dat kon niet (!) want de wereldkampioen had, ondanks dat hij telkens maar een paar seconden bij het bord vertoefde, handig een damcombinatie in de stelling gevlochten.

Wit: A. Georgiev
Zw.: R. Koot

Na het gespeelde 6-11-17? volgde 1.28-23 18x29 2.36-31 26x28 en 3.38-33 met dam op 2.








Stichting Aanzet duizendmaal dank voor dit fantastische evenement en voor de (28) mannen en
vrouwen die in het stof beten una salus victis nullam sperare salutem . . . .

vrijdag 9 november 2012

Knipselparadijs

Door Tjalling van den Bosch

Als jongeling knipte ik alle damrubrieken, die ik te pakken kon krijgen, uit en plakte deze in een multimap (keurig gesorteerd op opening of spelsoort). Nu, ruim 40 jaar later, is het nalezen hiervan mij een waar genoegen. Mijn 'walk through memory-lane' geeft een prachtig tijdsbeeld weer.
Ten eerste wat mij opvalt zijn de scribenten van de rubrieken zoals Ton Sijbrands (toen al, Harm Wierma trouwens nog niet), Jan Metz, Roel Bergsma, Menno Bandstra.
Deze namen mogen u op zijn minst bekend in de oren klinken, maar kent u deze nog (?) J.B.M.J. Eekhoud, J.W. van Dartelen of C. Chattelon. Soms waren de rubrieken ook enorme lappen tekst en daar konden de 'koppensnellers' van de couranten zich dan op uitleven.
Boven een winstpartij van Krijn Toet op Evert Bronstring stond 'Toetje smaakte Bronstring niet' en boven een winstpartij van Frank Teer op een zekere J. Conijn stond 'Hoe Conijn op dwaalwegen toch nog het haasje werd'.
Ook werden journalisten van dag- en weekbladen er op uitgestuurd om dammers te interviewen.
Zo werd uit een vraaggesprek met de 25-jarige Frans Hermelink (voorafgaand aan het N.K van,
ik denk, 1971) duidelijk dat hij een stayer was, de ondertitel luidde namelijk 'Debutant in titelstrijd begint pas na 20 zetten'.
Boven het twee (!) pagina's grote interview met Frank Drost stond 'Drost behoefde niet met
60 kilo suiker naar huis'. Dit verdient misschien enige uitleg, wel dat zat zo: de toen 17 jarige Frank Drost debuteerde dat jaar in het vermaarde 'Suikerdamtoernooi' en degene die als laatste eindigde kreeg zijn  eigen gewicht in suiker mee naar huis. Enige citaten uit dit interview (begin jaren 70 !) zijn: "de psychologische trucjes van Andreiko vind ik niet leuk, hij doet alles om wereldkampioen te blijven, maar of het zo moet ?" "Als Sijbrands meer doorzet wordt hij beslist nog wel wereldkampioen. Wiersma is een echte vechter, maar Sijbrands weet meer".
Over de Rus Koeperman zegt Frank "Ik dacht niet dat hij nog lang bleef", we weten nu (anno 2012)
dat Koeperman dertig jaar later nog steeds meedeed aan het wereldkampioenschap, maar dan wel
voor de Verenigde Staten.
Boven een pagina groot interview met Harm Wiersma in de Leeuwarder Courant van 29 april 1972
staat letterlijk: 'Maatchappij-kritische damkampioen Harm Wiersma wil wereldtitel om samenleving
te veranderen'. Even één citaat uit dit uitvoerige journalstieke stuk dat dus vlak voor het wereldkampioenschap van 1972 werd afgedrukt: "alleen als ik eerste of tweede wordt ga ik door met dammen op wereldniveau". Gelukkig werd hij tweede en konden we nog lang van hem genieten.
Op de bewuste pagina staan verder nog afgedrukt de opstelling van Cambuur voor de wedstrijd tegen de Graafschap en de opstelling van Heerenveen tegen D.F.C.. Bij Cambuur is Mollo Eijer weer terug als rechtsback en dus speelt zijn vervanger Fokke van der Heijde weer in het tweede.
Heerenveen moet Wil van Beveren missen met een knieblessure en hij wordt vervangen door
Cees Kist sr. Dit laatste is natuurlijk bedoelt om het tijdsperk te duiden.
Om dit laatste nogmaals te doen laat ik Andreas Kuyken even aan het woord, let wel het gaat
hier over een partij (T. Sijbrands - ir. G.E. van Dijk) van 40 jaar geleden (en dus is de rubriek ook uit die tijd).
De jongere lezers adviseer ik om de veiligheidsgordel om te doen ! "Een grootmeester zal het nimmer vertoonde, Het Nieuwe, naar voren trachten te brengen; hij doet een beroep op zijn creativiteit, in filsofische termen uitgedrukt: hij schept 'Transzendenz'.In werkelijkheid ontbreekt de categorie van het 'Novum' helaas maar al te vaak, zelfs onder grootmeesters."
Even bijkomen en dan gaan we naar de afsluiting van Kuyken: "Er is een tijd geweest, toen 'soulmusic' nog niet in de commerciële consumptiesfeer getokken was maar nog echt leefde, dat
men al 'high' werd louter en alleen van het luisteren ernaar. Tegenwoordig gebruikt men drugs;
voor damliefhebbers echter zijn er de in hun rechtijnigheid geperfectioneerde Sijbrands-partijen".
 Na dergelijke zware tekst sluiten we maar snel af met iets luchtigs.De Italiaan Fanelli was, volgens overlevering, een theatraal man die het (als Italiaans kampioen) vaak moest opnemen tegen veel te sterke tegenstanders, meestal verloor hij dan ook en daar kon hij dan weer niet zo goed tegen.
Andreiko liet de beste man in onderstaande stand vast enorm schrikken.
Wit: Fanelli
Zw.: Andreiko
 
"Ik sta niet zo slecht" zal de witspeler hebben gedacht, "eerst maar even wat schijfjes eraf".
29-24 en na (19x30) zal het hele circus wel op stelten zijn gezet door de licht ontvlambare Italiaan.Er volgde inderdaad 34x05 (04-09) 05x17 en (12x45).
Dit was terug in de tijd, terug naar de onze . . . .