Door Rein van der Pal
Zijn naam dook regelmatig op bij
allerlei jeugdwedstrijden, maar het moet in het midden van de jaren
’80 zijn geweest dat ik Tjalling Goedemoed beter leerde kennen.
Tjalling Goedemoed |
Het Nederlands sneldamkampioenschap
werd in die periode gehouden in Egmond aan Zee. We reden met
Anton Schotanus mee en op de heenreis speelden we op de achterbank een
aantal partijtjes. In één van die vluggertjes bracht Tjalling met
wit een sterke Roozenburg aanval op het bord. Het werd me meteen
duidelijk dat hij gezegend was met een gezonde doses talent.
In 1987 maakte Tjalling de overstap van
Damclub De Toer in Grou naar De Oldehove (Leeuwarden) , al bleef hij
wel lid. De vele trainingen met Henk Hosper, aspiranten kampioen van
Nederland in 1975, zullen er ongetwijfeld toe hebben bijgedragen dat
hij het niveau van de plaatselijke club was ontstegen.
In die beginperiode haalde ik hem op in
Grou voor de onderlinge competitie van De Oldehove. Rond half elf
stond zijn vader altijd bij zijn bord om hem weer mee te nemen. Met
speels gemak plaatste Tjalling zich voor het eerste tiental en in
1988 maakt hij zijn debuut in de hoofdmacht van De Oldehove. In zijn
eerste jaar liet hij in de hoofdklasse een score aantekenen van 17
uit 10! Iedereen was meteen overtuigd van zijn kwaliteiten.
Met een tweede plaats in het junioren
kampioenschap van Nederland plaatste Tjalling zich voor het WK
junioren 1989 dat werd gespeeld in Tallin, de hoofdstad van Estland.
Als voorbereiding op dat toernooi hebben we toen een aantal openingen
bekeken, waaronder de Kellervariant. Tegen Pjotr Chmiel en de latere
winnaar Ygal Koifman kwam deze opening daadwerkelijk op het bord. Met
Tjalling uiteraard achter de zwarte stukken, want hij was een verwoed
aanvaller. Vier overwinningen, drie nederlagen en enkele remises
waren goed voor een plaats in de middenmoot.
Tijdens het zomertoernooi van Nijmegen in 1994 trokken we een week met elkaar op. We sliepen boven een oud
Grieks restaurantje waar enkele vervallen kamers te huur waren.
Het was die week bloedheet en na afloop van de partijen gingen we
naar het zwembad. Ondanks de hoge temperaturen zorgde Tjalling wel
dat hij bij de eerste tien in het eindklassement terug te vinden was,
in een veld van meer dan 100 deelnemers.
In de jaren '90 waren we teamgenoten
bij Bakkerij Jorritsma Super Rinsumageest. In Leeuwarden pikte ik
Tjalling soms op. Was je eenmaal in de goede straat dan was zijn huis
gemakkelijk te vinden. Daar waar het gras het hoogst stond, moest je
zijn. Vervolgens was het een kwestie van stevig aanbellen om de heer
des huizes te pakken te krijgen. De jaren in Rinsumageest waren
succesvol en de club greep in 2000 maar net naast de landstitel.
Tjalling was gevat, slim, en beschikte
over veel gevoel voor humor. Als het bij een wedstrijd in de
clubcompetitie om vijf minuten over twaalf nog rumoerig was in de
speelzaal riep hij met stemverheffing: “Er wordt nog gespeeld”.
Of hij merkte vanuit het niets in een gesprek op: “Iedereen
boven de zestig moet een ijzeren staaf in z’n nek hebben” en
dan volgde het bekende sarcastische lachje. Ook kon hij soms
genadeloos de vinger op de zere plek leggen.
Op de Huizumer Highlights onder de
titel Kosmos als ambassadeur schreef ik eerder: Veel
sympathie heb ik voor de damliefhebber die zich druk maakt over het
voortbestaan van ons prachtige spel en voor wie geen enkele
inspanning teveel is om het dammen tot ver buiten de landsgrenzen
onder de aandacht te brengen. Van deze laatste groep is Tjalling
Goedemoed een belangrijke exponent. Ik ken geen dammer die op zoveel
verschillende fronten actief is in de damwereld als Tjalling
Goedemoed.
Toch liet hij wel eens doorschemeren
dat hij lang niet altijd gelukkig werd van de damwereld. Ronduit
teleurgesteld kon hij zijn over het uitblijven van erkenning.
Misschien werd die erkenning niet altijd uitgesproken, maar zij was
er wel. Dat weet ik zeker.
Composities Tj. Goedemoed |
Zo nu dan wipte Tjalling op een
donderdagavond even binnen bij Tivoli, waar de onderlinge van Damclub
Huizum wordt gespeeld. Hij kwam meestal niet verder dan de stamtafel
en het was vaak al laat op de avond. De laatste keer dat ik Tjalling
heb gezien was op 17 september 2015 in Tivoli. Hij had een aantal
exemplaren van zijn net voltooide boekje 'Composities Tj. Goedemoed' bij zich. Gelukkig heb ik toen het boekje aangeschaft.
Natuurlijk kon Tjalling als problemist niet tippen aan de door hem
bewonderde Frans Hermelink. Wel legde hij in korte tijd een enorme
productiviteit aan de dag en heeft hij prachtige composities op zijn
naam staan.
The art of winning |
Tjalling heeft veel betekent in de
damwereld.
We zullen hem missen.
We zullen hem missen.
Mooi, Rein.
BeantwoordenVerwijderenSchrikken Rein, mooi dat je er op deze manier aandacht aan besteed. Leven kan hard zijn....Sterkte ermee en ook voor de familie en al zijn (Dam) vrienden!
BeantwoordenVerwijderen