Door Tjalling van den Bosch
Het Open N.K. 2014 te Heerhugowaard werd, na een
'ingenieus' systeem, gewonnen door Alexander Shvartsman (zo dient zijn naam, volgens hemzelf, te worden geschreven). Dat ik het woord
'ingenieus' tussen aanhalingstekens plaats, komt natuurlijk omdat de belangrijke partijen werden beslist door (laat ik de woorden van een groot denksporter er maar eens
bijhalen) "dammen zonder denken". Nu zijn zomertoernooien en World Cups natuurlijk uitermate geschikt om noviteiten uit te proberen, als de officiële
kampioenschappen maar gevrijwaard blijven van dergelijke experimenten, maar dit geheel terzijde.
Van te voren had men meer dan 200 deelnemers 'op papier' staan; uiteindelijk werden het er 191 die daadwerkelijk meededen. Eigenlijk viel het aantal afvallers best nog wel mee. Toen ik de grote
sporthal aan het Helena Nordheimland betrad, waande ik mij even bij
de schakers tijdens de Hoogovens (oké, Tata/Chorus). Natuurlijk is
er een immens verschil; het schaaktoernooi vindt jaarlijks plaats in
hartje winter, terwijl dit damtoernooi met de (voor Nederland) grootst mogelijke hitte van doen had. Maar toch,
qua grootte van het deelnemersveld en qua aankleding, deed het me denken aan het mooiste schaakevenement ter wereld.
Op een gegeven ogenblik zag ik, dat men in de sporthal enorme posters
had opgehangen van wereldkampioenen uit onze sport; ik zag o.a.
afbeeldingenvan: Andreiko, Sijbrands, Wiersma, Baba Sy . . . Bij het zien
van de fraaie poster van de laatste kreeg ik, zoals meestal, een unheimisch gevoel. Unheimisch betekent (o.a.): onaangenaam, onheilspellend,
onguur en dat is toch niet iets waar men aan denkt als men het over Baba Sy heeft?!?
Ewel, laat ik het één en ander voor u uit de doeken doen, waarom ik
toch altijd zo'n onaangenaam gevoel krijg als ik een foto (poster) van de
Senegalese
grootmeester zie.
Baba Sy . .
.
Laat ik beginnen om Baba Sy neer te zetten; een zichzelf serieus
nemende dammer heeft natuurlijk het boek le Grand Livre de Baba Sy van
Ton Sijbrands (oftewel het Groot Baba Sy boek) in zijn bezit en dus een
positief beeld van ons onderwerp.
Baba Sy werd geboren in 1935; de precieze datum is niet bekend. Het gezin Sy was analfabeet en daardoor bleef veel over de beginjaren van Baba in het ongewisse.
Baba Sy werd naar eigen zeggen geboren in Mpal, ook wel
M'pal. Zijn zuster Ali Moukel Sy vertelde later echter dat hij was geboren
in Donaye, waar de familie Sy rond 1935 inderdaad woonde. Dat Baba Mpal aangaf als zijn geboorteplaats was, omdat dit op zijn
officiële geboortebewijs stond! Echter, (wederom volgens zijn zuster) Baba kreeg dit bewijs pas
toen hij in Mpal, via een avondschool, de Franse taal had leren lezen en schrijven,
dus (tientallen) jaren later. Voordat het gezin naar Dakar verhuisde sprak men alleen het Pulaar
(streektaal), pas in de hoofdstad leerde men het Frans (spreken) en veel later
leerde Baba het dus ook lezen en schrijven. Dat het Frans de hoofdtaal is in de republiek Senegal, komt vanwege
de grote invloed van Frankrijk op het west-Afrikaanse land; Senegal 'viel'
tot 1960 onder het grote Franse rijk.
Toen Baba Sy in het begin van de jaren 60 (ook) Nederland aandeed,
kon hij in eerste instantie dan ook niet zijn zetten noteren; daarvoor werd
dan iemand 'ingehuurd'. Welke rechtgeaarde dammer kent niet dé foto uit het Lucas
Bols-damtoernooi van 1961, toen een klein blond jongetje naast Baba zat om zijn zetten
bij te houden!! Overigens kwam het (heel) vroeger wel vaker voor dat men speciale
'annoteurs' had, die de zetten noteerden, ook voor dammers die wel degelijk
konden lezen en schrijven, maar dit terzijde.
Vanuit het (in die tijd) armoedige Donaye verhuisde de familie Sy
(Baba had twee broers en drie zusters) naar de hoofdstad van Senegal, Dakar. Hier probeerde de vader van Baba een beter bestaan op te bouwen. Later vertrok het gezin naar Mpal, waar de kostwinner emplooi vond
in de pinda-industrie. Overigens staat er op een Engelstalige site te lezen dat "de
vader werd gedwongen
om in Mpal te gaan werken, in de pinda's".
Baba vertelde in een interview met Jan Cottaar (de Mart Smeets van
de jaren 60) dat hij het dammen op 15-jarige leeftijd, in Dakar, had geleerd. Hij was een natuurtalent; want omdat hij in eerste instantie
analfabeet was, leerde hij het spel door te spelen (trial and error), wat hem
blijkbaar goed afging, want al snel 'heerste' hij in de straten van Dakar. Het dammen was in Senegal in de vijftiger jaren van de vorige
eeuw niet georganiseerd (wel populair). Men speelde gewoon buiten op straat, vaak met een grote schare
pratende, joelende en fluitende toeschouwers om zich heen. Baby Sy was de allerbeste; dat vond ook de Franse douanebeambte
Emile Biscons. Deze Franse dammeester zorgde er in 1959 voor dat Baba afreisde
naar Frankrijk, om daar mee te doen aan het Frans kampioenschap in Châtellerault.
Baba won het toernooi (met 13 uit 10) samen met Abel Verse, maar
doordat Baba de onderlinge partij had gewonnen werd hij uitgeroepen tot kampioen
van Frankrijk.
Daardoor mocht Baba in 1960 meedoen aan het wereldkampioenschap,
dat in Nederland werd verspeeld. Baba Sy eindigde als tweede, met één punt achterstand op
Sjtsjogoljev (zie het epistel Tsjegolef van februari jongstleden op dit blog),
maar voor de voormalige wereldkampioen Koeperman en Deslauriers.
De ster van Baba scheen helder aan het damfirmament; zo won hij in
1961 het internationale damtoernooi in Jalta (de Krim, toen Oekraïne, thans
weer Rusland!), met 2 punten voorsprong op Andreiko. Waarschijnlijk herinnert u zich de fantastische, combinatieve
overwinning op Wladimir Agafonow (zevenklapper) in de 7de ronde van dat toernooi. Baba Sy was een liefhebber pur sang; hij verscheen op vrijwel alle
toernooien waar hij voor werd uitgenodigd, toch was zijn speelstijl over het
algemeen aan de 'voorzichtige' kant. Er zijn enkele partijen bekend, waarin hij er onvervaard 'in
knalde', maar als u het boek van Ton Sijbrands (over Baba Sy) bestudeert en met name de
partijen, dan valt het op dat Baba niet direct vanuit de opening, de grootst
mogelijke complicaties zocht. Hij was met name bedreven in het, vanuit het klassieke middenspel,
opstomen op de korte vleugel van zijn tegenstander.
Het bovenstaande is al weer een hele lap tekst geworden; volgende
aflevering meer. Ik realiseer me nu, dat mijn onaangenaam gevoel, bij het zien van
een afbeelding van de beste Afrikaanse dammer ooit, nog niet ter sprake is gekomen,
daarop moet u dus even wachten (zo, zo, een heuse cliffhanger, toe
maar). Wilt u de grandioze combinatie van Baba Sy tegen Agafonow zien, ga
dan naar YouTube en vraag 'geheimen van een grootmeester' op. U hoort/ziet dan het kleine blondje jongetje (uit 1961) op
een hartverwarmende manier praten over zijn idool en de combinatie
(nogmaals) uitvoeren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten