Door Tjalling van den Bosch
Door in december 2016 de match om de wereldtitel dammen van
Jan Groenendijk te winnen viel er een last van de schouders van
Roel Boomstra; hij had zijn jeugddroom uit laten komen, hij was
wereldkampioen dammen.
Echter, 'De last' verdween niet!
Het dragen van de titel bleek een onaangename verrassing in petto
te hebben voor de vaandeldrager van het Nederlandse dammen;
de last van het zijn . . .!
Ook bij twee andere denksport-wereldkampioenen kan men
(volgens mijn bescheiden mening) spreken van hetzelfde euvel!
Schaakwereldkampioen Bobby Fisher en de wereldkampioen
dammen Jannes van der Wal.
Leeg . . .
De helaas veel te vroeg overleden Van der Wal voelde zich, na het
behalen van zijn meest opzienbarende zege (Sao Paulo - 1982 -),
leeg; hij wilde altijd hogerop en nu was er niets meer!
Tijdens het beroemde (beruchte?) live-interview met Mies Bouwman
(direct na het behalen van zijn wereldtitel) probeerde de gastvrouw
nog quasi grappig "of er niks hoger was"?
"Nou ja" probeerde Jannes nog "het heelal of zo, maar ik weet niet uh . . .",
waarna het publiek lachte!
Uiteindelijk raakte Van der Wal in een tijdelijke depressie en ook zijn
Uiteindelijk raakte Van der Wal in een tijdelijke depressie en ook zijn
onvoorwaardelijke liefde voor het edele damspel was na zijn wereldtitel
al snel tanende.
De Amerikaanse schaakgrootmeester Bobby Fisher zag zich reeds op zeer
jonge leeftijd al als wereldkampioen schaken.
Toen hij die titel, na een match (Reykjavik - 1972) tegen de zittende
wereldkampioen (de Rus Boris Spasski), had gewonnen, ging hij zich nog
zonderlinger gedragen dan dat hij altijd al deed.
Fisher zou na 1972 nooit meer een serieuze match of toernooi spelen en
altijd waren het anderen die dat volgens hem voorkwamen, het lag nooit
aan hemzelf (externe attributie - hij zocht het niet bij zichzelf, terwijl daar
wel het probleem lag! - met ander woorden, Fisher liep vanuit geestelijk
oogpunt helemaal vast!! -).
Tegenovergestelde . . .
Er zijn mensen die zo ééndimensionaal zijn dat ze rustig decennialang
altijd weer hetzelfde nastreven, maar er zijn er dus ook die altijd
meer willen (hogerop) en die laatste groep kan het geestelijk moeilijk
krijgen wanneer het uiteindelijke doel is bereikt.
Trouwens ook de eerste groep (de 1D) kan tegen psychische problemen
aanlopen, wanneer men het beperkte van hun streven inziet!
Ontstaan er bij sporters (en eigenlijk ook bij andere mensen die iets
nastreven) altijd psychische problemen als het grote doel is bereikt?
Oh nee, zeker niet, maar sporters worden in eerste instantie door de
omgeving (denk aan ouders, trainers, coaches, fysieke en mentale
begeleiders) altijd gestimuleerd om door te gaan; voorbereid om het
grote doel te bereiken.
Daar is niets mis mee, maar . . . meestal wordt er geen rekening
gehouden met de dag nadat het grote doel is bereikt!
Veel sporters verblijven, na het grote succes, eerst nog een tijdje in
een roes (huldigingen, tv-optredens en wat al niet meer), maar soms
ontdekken ze dat er door niemand rekening is gehouden met het zijn!
Nu valt het de directe omgeving van de sporter niet altijd kwalijk te
nemen; men gaat er als vanzelfsprekend vanuit dat met het bereiken
van het grote doel, 'gouden tijden' aanbreken, vol geluk en voorspoed.
Maar ooit komt de dag dat zo'n sporter 's morgens wakker wordt, naar
zijn trofee kijkt en denkt: "Wat nu?".
Bij de meesten is er wel een natuurlijk vervolg, maar er zijn er dus
ook die moeite hebben met het oppakken van hun leven na de
grote triomf.
Ze vinden dat de 'buitenwereld' anders naar ze kijkt, maar zelf zitten
ze ook in een ander denkpatroon!
Teleurstellend . . .
Roel Boomstra zei over zijn teleurstellend optreden in 2017 tegen
Ernst Slagter (journalist van het Nieuwsblad van het Noorden): "Mijn
resultaten na de WK-match waren dramatisch. Ik heb in de afgelopen
vijf jaar niet zo slecht gedamd".
"Ik ging experimenteren. Heel stom, want ik ben wereldkampioen
geworden door mijn eigen spel te spelen. Mijn eigen trainingsniveau
was ook niet op peil, dus het was sowieso onzinnig om het over een
andere boeg te gooien".
Verder gaf Boomstra in het interview aan dat hij naast zijn studie
natuurkunde ook nog eens 40 uur per week kwijt was aan het dammen;
tja, dan weet iedere ervaren begeleider dat er een terugslag zit aan te
komen.
Het is te hopen dat het Boomstra gegeven is om zijn intrinsieke vuur
en passie voor het dammen terug te krijgen; hij mag dit jaar (2018)
wederom (in een match) een gooi naar de wereldtitel doen.
Zijn opponent is de huidige wereldkampioen dammen, de Rus
Alexander Shvartsman!
Hup Roel . . .!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten